Rijkswet van 4 december 2013 tot benoeming van een regent voor het geval van erfopvolging
door de Koning die niet de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter voldoening aan het bepaalde in
artikel 37, eerste lid, aanhef en onder a, tweede en vierde lid, van de Grondwet wenselijk is een regent te benoemen alsmede een opvolger van de regent, voor het
geval de wettige nakomeling van de Koning, krachtens erfopvolging Koning geworden,
de leeftijd van achttien jaar niet heeft bereikt;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut
voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk
Wij goedvinden en verstaan bij deze: