Regeling specifieke uitkering Meerkosten Energie Openbare Zwembaden

[Regeling vervalt per 31-12-2024.]
Geraadpleegd op 16-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2024 en zichtdatum 29-04-2024.
Geldend van 16-05-2023 t/m heden

Regeling van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 11 mei 2023, kenmerk 3574183-1046359-S, houdende het verstrekken van een specifieke uitkering ter tegemoetkoming van de gestegen energiekosten van openbare zwembaden in verband met de energiecrisis (Regeling specifieke uitkering Meerkosten Energie Openbare Zwembaden)

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,

Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • energieverbruik 2022: de hoeveelheid energie die in het jaar 2022 door een openbaar zwembad is verbruikt, in kWh voor elektriciteit, m3 voor gas en GJ voor stadswarmte;

  • energieverbruik 2023: de hoeveelheid energie die in het jaar 2023 door een openbaar zwembad is verbruikt, in kWh voor elektriciteit, m3 voor gas en GJ voor stadswarmte;

  • gerealiseerde energiekosten 2022: het bedrag dat een openbaar zwembad daadwerkelijke heeft betaald voor het energieverbruik 2022, inclusief energiebelasting en opslag duurzame energie en exclusief omzetbelasting;

  • gerealiseerde energiekosten 2023: het bedrag dat een openbaar zwembad daadwerkelijk heeft betaald voor het energieverbruik 2023, inclusief energiebelasting en exclusief omzetbelasting;

  • meerkosten 2022: het verschil tussen de gerealiseerde energiekosten 2022 en het bedrag dat verkregen wordt door het energieverbruik 2022 te vermenigvuldigen met het referentietarief;

  • voorschot meerkosten 2023: een berekening van de verwachte meerkosten van een openbaar zwembad in 2023 aan de hand van het energieverbruik 2022 en het verschil tussen het modeltarief 2023 en het referentietarief;

  • daadwerkelijke meerkosten 2023: een berekening die gemaakt wordt door het daadwerkelijke energieverbruik 2023 te vermenigvuldigen met het verschil tussen het referentietarief en het daadwerkelijke tarief 2023;

  • minister: de Minister voor Langdurige Zorg en Sport;

  • modeltarief: het modeltarief voor energie voor 2023, zijnde € 0,74 per kWh voor elektriciteit, € 3,01 per m3 voor gas en € 75,13 per GJ voor stadswarmte, inclusief energiebelasting en exclusief omzetbelasting;

  • openbaar zwembad: openbaar toegankelijk zwembad dat direct of indirect van een gemeente een doorlopende exploitatiebijdrage ontvangt;

  • referentietarief: het referentietarief voor energie uit 2019, zijnde € 0,044 per kWh voor elektriciteit, zijnde € 0,22 per m3 voor gas en € 21,49 per GJ voor stadswarmte, inclusief energiebelasting en opslag duurzame energie en exclusief omzetbelasting;

    Q1 2023: de periode van 1 januari 2023 tot 1 april 2023;

    Q2 2023: de periode van 1 april 2023 tot 1 juli 2023;

    Q3 2023: de periode van 1 juli 2023 tot 1 oktober 2023;

    Q4 2023: de periode van 1 oktober 2023 tot 1 januari 2024;

  • TEK: de Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat houdende tijdelijke regels betreffende subsidie voor energie-intensieve mkb-ondernemingen ter tegemoetkoming van gestegen energieprijzen, Staatscourant 2023, 6510;

  • verduurzamingsplan: een document waaruit blijkt met welke maatregelen en met welk tijdpad een openbaar zwembad verduurzaamd kan worden om zoveel mogelijk een energieneutraal gebouw te worden, of waaruit blijkt dat toewerken naar een energieneutraal gebouw niet mogelijk is.

Hoofdstuk 2. Specifieke uitkering Meerkosten Energie Openbare Zwembaden

Artikel 2.1. Doel waarvoor een specifieke uitkering kan worden verstrekt

De minister kan op aanvraag een specifieke uitkering verstrekken aan een gemeente voor een gedeeltelijke vergoeding van de meerkosten 2022 en 2023 van openbare zwembaden.

Artikel 2.2. Uitkeringsplafond en wijze van verdeling

  • 1 Het uitkeringsplafond voor hoofdstuk 2 bedraagt € 205.500.000.

  • 2 Indien het totaal aangevraagde bedrag het uitkeringsplafond overschrijdt, wordt het beschikbare bedrag naar rato verdeeld over de aanvragen die in de aanvraagperiode, bedoeld in artikel 2.4, tweede lid, zijn ontvangen.

Artikel 2.3. Voorwaarden

  • 1 De meerkosten 2022 en 2023 komen niet voor vergoeding in aanmerking indien het openbare zwembad voor dezelfde in aanmerking komende kosten subsidie ontvangt op grond van de TEK.

  • 2 De meerkosten Q4 2023 van een openbaar zwembad komen voor vergoeding in aanmerking indien het openbare zwembad uiterlijk op 1 april 2024 een verduurzamingsplan heeft.

Artikel 2.4. Aanvraag tot verlening

  • 2 Een aanvraag tot verlening van een specifieke uitkering kan door de gemeente worden ingediend in de periode van 22 mei 2023 tot en met 23 juni 2023.

  • 3 Voor een aanvraag tot verlening van een specifieke uitkering wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt.

  • 4 Een aanvraag tot verlening van een specifieke uitkering bevat in ieder geval per openbaar zwembad waar de aanvraag betrekking op heeft:

    • a. een document waar het energieverbruik 2022 van het openbare zwembad uit blijkt;

    • b. een document waar de gerealiseerde energiekosten 2022 van het openbare zwembad uit blijken; en

    • c. een energienota- of contract waaruit blijkt dat de leveringstarieven hoger zijn dan het referentietarief, of dat er meerkosten verwacht worden door een aflopend contract.

Artikel 2.5. Verlening

  • 1 De minister beslist binnen 13 weken na sluiting van de aanvraagtermijn, bedoeld in artikel 2.6, tweede lid, op een aanvraag tot verlening van een specifieke uitkering.

  • 2 Het besluit tot verlening vermeldt in elk geval de zwembaden waaraan met behulp van de specifieke uitkering een gedeeltelijke vergoeding wordt verleend, het bedrag van de specifieke uitkering, de periode waarvoor de specifieke uitkering wordt verleend en de wijze waarop de verantwoording plaatsvindt.

Artikel 2.6. Bevoorschotting

  • 1 De specifieke uitkering bestaat ten hoogste uit het voorschot meerkosten 2022 en het voorschot meerkosten 2023.

  • 2 De minister verleent een voorschot ter hoogte van 100% van het in het eerste lid genoemde bedrag.

  • 3 Het voorschot meerkosten 2022 wordt berekend aan de hand van de volgende formule:

    Meerkosten 2022 = ((P – (R x V)) x 0,7

    waarbij wordt verstaan onder:

    P: de gerealiseerde energiekosten 2022;

    R: referentietarief 2019; en

    V: het energieverbruik 2022.

  • 4 Het voorschot meerkosten 2023 wordt per kwartaal berekend, aan de hand van de volgende formules:

    Voorschot meerkosten Q1 2023 = ((¼ x V) x (M – R)) x 0,6

    Voorschot meerkosten Q2 2023 = ((¼ x V) x (M – R)) x 0,5

    Voorschot meerkosten Q3 2023 = ((¼ x V) x (M – R)) x 0,4

    Voorschot meerkosten Q4 2023 = ((¼ x V) x (M – R)) x 0,3

    waarbij wordt verstaan onder:

    M: modeltarief 2023;

    R: referentietarief 2019; en

    V: energieverbruik 2022.

  • 5 Geen voorschot kan worden aangevraagd voor de in het derde lid bedoelde kwartalen waarin het openbaar zwembad een vast contract heeft met een energieleverancier en daarin leveringstarieven zijn opgenomen die lager zijn dan het referentietarief.

Artikel 2.8. Hoogte van de uitkering en vaststelling

  • 1 De minister besluit uiterlijk 37 weken na ontvangst van de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel 2.7, over de vaststelling van de specifieke uitkering.

  • 2 Indien is voldaan aan de voorwaarden en verplichtingen die verbonden zijn aan de specifieke uitkering, wordt de specifieke uitkering vastgesteld op ten hoogste:

    • a. het voorschot meerkosten 2022; en

    • b. indien de daadwerkelijke meerkosten 2023 lager zijn dan het voorschot meerkosten 2023, het voorschot meerkosten 2023 minus de daadwerkelijke meerkosten 2023; of

    • c. indien de daadwerkelijke meerkosten 2023 gelijk zijn aan of hoger zijn dan het voorschot meerkosten 2023, het voorschot meerkosten 2023, waarbij de daadwerkelijke meerkosten 2023 worden berekend aan de hand van de volgende formules:

    Daadwerkelijke meerkosten Q1 2023 = ((¼ x Pz – (R x ¼ x Vz)) x 0,6

    Daadwerkelijke meerkosten Q2 2023 = ((¼ x Pz – (R x ¼ x Vz)) x 0,5

    Daadwerkelijke meerkosten Q3 2023 = ((¼ x Pz – (R x ¼ x Vz)) x 0,4

    Daadwerkelijke meerkosten Q4 2023 = ((¼ x Pz – (R x ¼ x Vz)) x 0,3

    waarbij wordt verstaan onder:

    Pz: de gerealiseerde energiekosten 2023;

    R: referentietarief 2019; en

    Vz: energieverbruik 2023.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 3.1. Hardheidsclausule

De minister kan een of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang dat de desbetreffende bepaling beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 3.2. Inwerkingtreding en vervaldatum

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 31 december 2024, met dien verstande dat deze regeling van toepassing blijft op een specifieke uitkering die krachtens deze regeling is verstrekt.

Artikel 3.3. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling specifieke uitkering Meerkosten Energie Openbare Zwembaden.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Langdurig Zorg en Sport,

C. Helder

Naar boven