Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 3,5 GHz-band 2024

Toekomstige wijziging(en) op 01-07-2024. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 08-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-05-2024 en zichtdatum 01-05-2024.
Geldend van 15-02-2024 t/m heden

Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 2 februari 2024, nr. WJZ/ 43374524, tot vaststelling van de aanvraag- en veilingprocedure voor vergunningen voor frequentieruimte in de 3,5 GHz-band ten behoeve van mobiele communicatietoepassingen en tot wijziging van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020 en de Regeling vergoedingen Rijksinspectie Digitale Infrastructuur 2024 (Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 3,5 GHz-band 2024)

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • 3,5 GHz-band: frequentieruimte binnen het frequentiebereik 3450–3750 MHz;

  • aanvrager: degene die een aanvraag om een vergunning heeft ingediend;

  • bekendmakingsbesluit: Besluit bekendmaking veiling vergunningen 3,5 GHz-band;

  • bod: bod als bedoeld in de artikelen 25, 32 of 41, uitgebracht door een deelnemer via het elektronisch veilingsysteem van de minister en bevestigd door middel van dit elektronisch veilingsysteem;

  • deelnemer: aanvrager die is toegelaten tot de veiling als bedoeld in artikel 13;

  • eerste deel van de primaire fase: eerste deel van de primaire fase als bedoeld in artikel 15, vierde lid;

  • exitbod: exitbod als bedoeld in de artikelen 25, zesde lid, en 32, achtste lid;

  • finale combinatie: finale combinatie als bedoeld in artikel 41, vijfde lid;

  • gebruiken van frequentieruimte: gebruiken van frequentieruimte als bedoeld in artikel 1 van de Capregeling mobiele communicatie 2020;

  • gekwalificeerde elektronische handtekening: handtekening als bedoeld in artikel 3, twaalfde lid, van Verordening (EU) nr. 910/2014 (Pb L 257/73);

  • minister: Minister van Economische Zaken en Klimaat;

  • primaire fase: primaire fase van de veiling als bedoeld in artikel 15, derde lid;

  • rente: volgens actual/360 berekende rente op basis van de door de Europese Centrale Bank vastgestelde Euro Short-Term Rate, minus 100 basispunten, met een minimum van 0%;

  • toewijzingsfase: toewijzingsfase van de veiling als bedoeld in artikel 15, zevende lid;

  • tweede deel van de primaire fase: tweede deel van de primaire fase als bedoeld in artikel 15, vijfde lid;

  • verbonden rechtspersoon: rechtspersoon als bedoeld in artikel 3 van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020;

  • vergunning: vergunning voor het gebruik van frequentieruimte in de 3,5 GHz-band voor mobiele communicatie, als omschreven in de bijlagen 1 en 2 van het bekendmakingsbesluit;

  • wet: Telecommunicatiewet;

  • winnend bod: bod of exitbod dat als winnend bod is aangemerkt als bedoeld in de artikelen 28 of 35;

  • winnende deelnemer: deelnemer wiens bod of exitbod door de minister is aangemerkt als winnend bod.

Artikel 2. Beschikbare vergunningen

  • 1 Ingevolge het bekendmakingsbesluit zijn beschikbaar om door middel van een veiling te worden verdeeld:

    • a. drie vergunningen van 60 MHz, en

    • b. twaalf vergunningen van 10 MHz.

  • 2 Ingevolge het bekendmakingsbesluit wordt het aantal, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, na het eerste deel van de primaire fase verhoogd tot:

    • a. achttien, indien één vergunning als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, niet is verdeeld;

    • b. vierentwintig, indien twee vergunningen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, niet zijn verdeeld;

    • c. dertig, indien geen vergunningen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, zijn verdeeld.

Hoofdstuk 2. De aanvraag

§ 1. Eisen aan de aanvraag en aanvrager

Artikel 3. Indiening van de aanvraag

  • 1 Degene die voor een vergunning in aanmerking wil komen, dient daartoe een aanvraag in bij de minister.

  • 2 Een aanvraag wordt ontvangen vóór 14:00 uur op de laatste dag van een periode van vier weken na de inwerkingtreding van deze regeling, waarop artikel 1, eerste lid, van de Algemene termijnenwet van overeenkomstige toepassing is:

    • a. per versleutelde e-mail of e-mail op het volgende emailadres: Veiling3.5GHz@rdi.nl, of

    • b. per aangetekende post of persoonlijke overhandiging op het volgende adres en met de volgende adressering:

      Rijksinspectie Digitale Infrastructuur

      Ter attentie van: veilingteam 3,5 GHz-band

      Emmasingel 1

      9726 AH Groningen.

  • 3 De persoonlijke overhandiging, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, vindt in de genoemde periode plaats op werkdagen tussen 8:30 uur en 17:00 uur. Bij persoonlijke overhandiging van de aanvraag wordt een bewijs van ontvangst afgegeven dat is voorzien van datum en tijdstip van ontvangst en ondertekening.

  • 4 Voor aanvragen die worden ingediend op de wijze, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a, geldt als tijdstip van ontvangst het tijdstip waarop de aanvraag is ontvangen door de e-mailserver van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur.

Artikel 4. Aanvrager is rechtspersoon

De aanvrager is een privaatrechtelijke rechtspersoon naar Nederlands recht of het equivalent daarvan naar het recht van een van de overige lidstaten van de Europese Unie of een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en heeft zijn statutaire zetel, zijn hoofdbestuur of zijn hoofdvestiging binnen de Europese Economische Ruimte.

Artikel 5. Geen faillissement of surseance van betaling

  • 1 De aanvrager:

    • a. verkeert niet in staat van faillissement of liquidatie, door de aanvrager is geen faillissement aangevraagd, en er is geen verzoek tot faillissement ingediend, en

    • b. is geen surseance van betaling verleend, noch is door de aanvrager surseance van betaling aangevraagd.

  • 2 Met de eisen van het eerste lid worden gelijkgesteld zodanige eisen volgens het recht van een van de andere lidstaten van de Europese Unie of een van de andere staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

Artikel 6. Vorm en inhoud van de aanvraag

  • 1 Een aanvrager dient ten hoogste één aanvraag in.

  • 2 Voor de toepassing van het eerste lid worden verbonden rechtspersonen tezamen als één aanvrager gezien.

  • 3 In de aanvraag worden de namen vermeld van ten minste één en ten hoogste vier natuurlijke personen die ieder zelfstandig bevoegd zijn om namens de aanvrager handelingen te verrichten gedurende de veiling en die daartoe beschikken over een rechtsgeldige en toereikende volmacht.

  • 4 De aanvraag wordt ingediend met gebruikmaking van het in bijlage 1 opgenomen model en gaat, onverminderd de overige in deze regeling gestelde eisen, vergezeld van de in dit model genoemde gegevens en bescheiden.

  • 5 Met de gegevens en bescheiden, bedoeld in het vierde lid, worden gelijkgesteld zodanige gegevens en bescheiden die zijn opgesteld krachtens het recht van een van de andere lidstaten van de Europese Unie of een van de andere staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte.

  • 6 De aanvraag is in de Nederlandse taal gesteld.

  • 7 In afwijking van het zesde lid, kunnen de gegevens en bescheiden, bedoeld in het vierde lid, worden gesteld in één van de officiële talen van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, mits gegevens en bescheiden die niet in de Engelse taal zijn gesteld vergezeld gaan van een Nederlandse vertaling.

  • 8 Een aanvraag die wordt ingediend op de wijze, bedoeld in artikel 3, tweede lid, onderdeel a, wordt:

    • a. door de aanvrager voorzien van een gekwalificeerde elektronische handtekening, en

    • b. voorzien van de publieke sleutel van de aanvrager.

Artikel 7. Informeren minister over wijzigingen met betrekking tot aangeleverde gegevens en bescheiden

De aanvrager informeert de minister onmiddellijk per versleutelde e-mail of e-mail over een wijziging met betrekking tot de gegevens en bescheiden, bedoeld in artikel 6, derde tot en met vijfde lid.

§ 2. De zekerheidstelling

Artikel 8. Zekerheidstelling door de aanvrager

  • 1 De aanvrager verstrekt als zekerheid voor de betaling van zijn bod een waarborgsom of een bankgarantie ter grootte van:

    • a. € 19.610.000,-, indien de aanvrager wil deelnemen aan het eerste deel van de primaire fase of aan beide delen van de primaire fase;

    • b. € 2.180.000,-, indien de aanvrager slechts wil deelnemen aan het tweede deel van de primaire fase.

  • 2 De waarborgsom wordt verstrekt voor de periode tot en met:

    • a. in geval van intrekking of afwijzing van de aanvraag, de datum van intrekking of afwijzing;

    • b. in geval van niet in behandeling nemen van de aanvraag, de datum van het besluit om de aanvraag niet te behandelen, en

    • c. in geval van toewijzing van de aanvraag, de datum waarop het verschuldigde bedrag, bedoeld in artikel 46, tweede lid, volledig is betaald, of, indien uitstel van betaling wordt verleend, de datum waarop de eerste termijn is voldaan op de wijze die is bepaald in de vergunning.

  • 3 Een aanvrager zorgt ervoor dat uiterlijk op het in artikel 3, tweede lid, bedoelde tijdstip:

    • a. de waarborgsom is ontvangen op bankrekeningnummer NL41 INGB 0705 0011 99, ten name van: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, Rijksinspectie Digitale Infrastructuur, onder vermelding van ‘Veiling vergunningen 3,5 GHz-band’, of

    • b. de bankgarantie, verstrekt volgens het model, bedoeld in bijlage 2, is ontvangen op het in artikel 3, tweede lid, onderdelen a of b, genoemde adres.

Artikel 9. Terugstorten waarborgsom en teruggave bankgarantie aanvragen die niet worden behandeld, zijn afgewezen of zijn geweigerd

  • 1 Binnen twee weken nadat de aanvrager zijn aanvraag heeft ingetrokken, dan wel nadat de minister overeenkomstig artikel 11 heeft besloten de aanvraag niet te behandelen, de aanvraag op grond van artikel 12 heeft afgewezen, of de aanvraag heeft geweigerd op grond van artikel 3.18 van de wet:

    • a. stort de minister, indien de aanvrager een waarborgsom heeft verstrekt, de waarborgsom terug aan de betreffende aanvrager, of

    • b. stuurt de minister, indien de aanvrager een bankgarantie heeft verstrekt, een schriftelijke verklaring dat de bankgarantie niet zal worden ingeroepen aan de bank van de betreffende aanvrager, en een kopie van deze schriftelijke verklaring aan de betreffende aanvrager.

  • 2 Indien de minister een waarborgsom terugstort als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, vergoedt hij op de dag van terugstorten tevens de rente over de gestorte waarborgsom vanaf de dag na de dag dat de minister de waarborgsom heeft ontvangen tot en met de dag voorafgaand aan de dag waarop de waarborgsom door de minister wordt teruggestort.

§ 3. Beslissingen tijdens de aanvraagfase

Artikel 10. Verzuim en verzuimherstel

  • 2 Het verzuimherstel wordt ontvangen vóór 17.00 uur op de zevende werkdag na de datum waarop de mededeling, bedoeld in het eerste lid, is verstuurd.

  • 3 De gegevens ten behoeve van het verzuimherstel worden ingediend op de wijze, bedoeld in artikel 3, tweede lid. Artikel 3, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 11. Besluit indien verzuim niet of niet tijdig is hersteld

Indien een verzuim niet is hersteld binnen de termijn, bedoeld in artikel 10, tweede lid, of op de wijze, bedoeld in artikel 10, derde en vierde lid, kan de minister besluiten de aanvraag overeenkomstig artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht niet te behandelen.

Artikel 12. Afwijzing aanvraag

  • 2 De minister kan een aanvraag afwijzen indien niet is voldaan aan:

Hoofdstuk 3. Toelating tot de veiling

Artikel 13. Toelating tot de veiling

  • 1 De minister deelt de aanvrager wiens aanvraag niet buiten behandeling is gesteld, is afgewezen of is geweigerd op grond van artikel 3.18 van de wet, schriftelijk mee:

    • a. dat hij als deelnemer wordt toegelaten tot de veiling;

    • b. tot welke delen van de primaire fase hij als deelnemer wordt toegelaten;

    • c. het aantal MHz dat de deelnemer, gelet op zijn aanvraag, en op artikel 3 van de Capregeling mobiele communicatie 2020, ten hoogste kan verwerven.

  • 2 Bij de toepassing van het eerste lid, onderdeel c, wordt uitgegaan van het gebruik van frequentieruimte van de aanvrager alsmede van met de aanvrager verbonden rechtspersonen op de dag waarop de aanvraag is ingediend.

Artikel 14. Mededelingen minister aan deelnemers vóór de veiling

De minister deelt de deelnemers uiterlijk drie weken voor de aanvang van de primaire fase schriftelijk mee:

  • a. de datum, aanvangstijd en duur van de eerste biedronde van het eerste deel van de primaire fase;

  • b. de voor de veiling benodigde programmatuur;

  • c. het telefoonnummer en het e-mailadres met bijbehorende publieke beveiligingssleutel waarop de minister bereikbaar is;

  • d. de combinatie van een gebruikersnaam en wachtwoord van de deelnemer;

  • e. het internetadres waarop de deelnemer inlogt om aan de veiling deel te nemen.

Hoofdstuk 4. De veiling

§. 1. Algemene bepalingen omtrent de veiling

Artikel 15. Het veilingmodel

  • 1 De veiling vindt plaats via internet, met behulp van een elektronisch veilingsysteem.

  • 2 De veiling geschiedt in twee fasen: de primaire fase en de toewijzingsfase.

  • 3 De primaire fase bestaat uit twee delen.

  • 4 Het eerste deel van de primaire fase heeft betrekking op de vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, en geschiedt door middel van een klokveiling met een eersteprijsregel en exitbiedingen.

  • 5 Het tweede deel van de primaire fase heeft betrekking op de vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, en geschiedt door middel van een klokveiling met een eersteprijsregel en exitbiedingen.

  • 6 Een deelnemer neemt uitsluitend deel aan de delen van de primaire fase waartoe hij op grond van artikel 13 is toegelaten.

  • 7 De toewijzingsfase heeft betrekking op de toewijzing van specifieke frequentieruimte aan winnende deelnemers en geschiedt door middel van een veiling met een gesloten bod.

Artikel 18. Tijdstip, duur en einde biedronden

  • 1 De minister bepaalt het tijdstip en de duur van de biedronden.

  • 2 Een biedronde eindigt op het tijdstip waarop de door de minister bepaalde duur van de biedronde is verstreken.

Artikel 19. Biedingen, exitbiedingen en andere communicatie tussen deelnemer en minister

  • 1 Biedingen en exitbiedingen worden uitsluitend uitgebracht door middel van het elektronisch veilingsysteem.

  • 2 Andere communicatie vindt uitsluitend plaats:

    • a. via het elektronisch veilingsysteem, of

    • b. telefonisch of per beveiligde e-mail, waarbij:

      • 1⁰. de deelnemer bereikbaar is op het door hem in zijn aanvraag opgegeven telefoonnummer en e-mailadres met bijbehorende publieke beveiligingssleutel, en

      • 2⁰. de minister bereikbaar is op het telefoonnummer en e-mailadres met publieke beveiligingssleutel, bedoeld in artikel 14, onderdeel c.

Artikel 20. Bijzondere omstandigheden tijdens de veiling

  • 1 De minister kan de veiling opschorten indien zich naar zijn oordeel bijzondere omstandigheden voordoen die buiten de beïnvloedingssfeer liggen van de minister of de deelnemers, of indien technische problemen optreden waardoor de veiling tijdelijk geen doorgang kan vinden.

  • 2 Een deelnemer meldt een bijzondere omstandigheid of technisch probleem onverwijld, maar uiterlijk binnen tien minuten na afloop van een biedronde of verlengde biedronde, telefonisch aan de minister.

  • 3 Indien technische problemen optreden bij een deelnemer, kan de minister verlangen dat deze deelnemer zijn biedingen of exitbiedingen uitbrengt door middel van een computer die de minister ter beschikking stelt op een door hem te bepalen locatie.

  • 4 Indien de veiling wordt opgeschort, kan de minister ten aanzien van de biedronde of verlengde biedronde waarin of waarna de bijzondere omstandigheden of technische problemen zijn opgetreden besluiten dat die biedronde en alle daarin uitgebrachte biedingen ongeldig worden verklaard en de biedronde opnieuw moet worden gehouden.

Artikel 21. Verboden gedragingen

  • 1 Een aanvrager of deelnemer, inbegrepen diegene die een aanvrager of deelnemer ten behoeve van de veiling bijstaat of een met de aanvrager of deelnemer verbonden rechtspersoon:

    • a. onthoudt zich voorafgaande aan en gedurende de veilingprocedure van afspraken of onderling afgestemde feitelijke gedragingen die afbreuk doen of kunnen doen aan een goed verloop van de veiling, de mededinging in het kader van de veilingprocedure daaronder begrepen;

    • b. maakt tot de mededeling, bedoeld in artikel 44, is gedaan geen informatie openbaar, verspreidt geen informatie en doet geen informatie verspreiden aan derden met betrekking tot diens strategie, budget, gewenste of verkregen hoeveelheid, soort of combinatie van vergunningen, en verwachte of te betalen prijzen in de veiling.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, onderdeel b, kan een aanvrager of een deelnemer de daar genoemde informatie verstrekken aan diens aandeelhouders voor zover hij daar contractueel, statutair of anderszins toe is verplicht. De aanvrager of deelnemer draagt er in dat geval zorg voor dat de informatie zo veel mogelijk vertrouwelijk wordt verstrekt om verdere verspreiding ervan te voorkomen.

  • 3 Een aanvrager of deelnemer, inbegrepen diegene die een aanvrager of deelnemer ten behoeve van de veiling bijstaat of een met de aanvrager of deelnemer verbonden rechtspersoon, maakt voorafgaand aan en gedurende de veilingprocedure tot de mededeling, bedoeld in artikel 44, informatie over het al dan niet deelnemen aan de veiling en de indiening van de aanvraag daartoe, onverwijld volledig openbaar, zodra deze door hem aan een of meer derden bekend is gemaakt.

  • 4 De minister kan de veiling beëindigen of opschorten indien naar zijn oordeel sprake is van afspraken, gedragingen, of informatieverstrekking die in strijd zijn met het eerste, tweede of derde lid, of indien de minister gegronde vermoedens heeft dat daarvan sprake is.

Artikel 22. Uitsluiting aanvragers of deelnemers

  • 1 Indien voorafgaande aan of tijdens de veiling blijkt dat een aanvrager of deelnemer niet of niet meer voldoet aan de artikelen 4 tot en met 7, dan wel dat een aanvrager of deelnemer naar het oordeel van de minister in strijd heeft gehandeld met artikel 21, eerste, tweede of derde lid, kan de minister:

    • a. de betrokken deelnemer of aanvrager uitsluiten van deelname of verdere deelname aan de veiling en de biedingen en exitbiedingen van de betrokken deelnemer uit één of meerdere biedronden ongeldig verklaren;

    • b. de uitkomst van een of meer biedronden ongeldig verklaren, of

    • c. besluiten dat één of meer biedronden opnieuw moeten worden gehouden.

  • 2 Indien niet eerder dan na afloop van de veiling blijkt dat een deelnemer naar het oordeel van de minister in strijd heeft gehandeld met artikel 21, eerste, tweede of derde lid, kan de minister de winnende biedingen van die deelnemer ongeldig verklaren en besluiten dat de veiling opnieuw moet worden gehouden.

Artikel 23. Biedingen en exitbiedingen zijn onvoorwaardelijk en onherroepelijk

Een deelnemer is:

  • a. onvoorwaardelijk en onherroepelijk aan zijn bod gebonden;

  • b. onvoorwaardelijk en, met uitzondering van het bepaalde in artikel 32, elfde lid, onherroepelijk aan zijn exitbod gebonden.

§. 2. Eerste deel van de primaire fase (veiling vergunningen van 60 MHz)

Artikel 25. Veilingregels in het eerste deel van de primaire fase

  • 1 Een deelnemer brengt een bod uit in iedere biedronde waaraan hij deelneemt.

  • 2 Een bod bestaat uit het aantal vergunningen dat een deelnemer voor de in de biedronde bepaalde prijs wenst te verwerven.

  • 3 Het aantal, bedoeld in het tweede lid, is ten hoogste één vergunning.

  • 4 De prijs in de eerste biedronde is € 39.220.000,- per vergunning.

  • 5 De minister bepaalt de prijs in de tweede en daaropvolgende biedronden.

  • 6 Een deelnemer die zijn bod verlaagt ten opzichte van zijn bod in de voorafgaande biedronde, kan een exitbod uitbrengen.

  • 7 Een exitbod bestaat uit een bedrag in hele euro’s dat:

    • 1⁰. gelijk is aan, of hoger is dan, de prijs per vergunning die de minister heeft bepaald voor de voorafgaande biedronde, en

    • 2⁰. lager is dan de prijs per vergunning die de minister heeft bepaald voor de biedronde waarin de deelnemer zijn bod verlaagt.

  • 8 Een deelnemer die een biedronde of een voor hem verlengde biedronde laat verstrijken:

    • a. wordt geacht een bod te hebben uitgebracht van nul, en

    • b. brengt in de daaropvolgende biedronden geen bod uit.

Artikel 26. Verlenging biedronden eerste deel van de primaire fase

  • 1 Voor een deelnemer die een biedronde laat verstrijken zonder dat hij een bod heeft uitgebracht, wordt de betreffende biedronde eenmalig van rechtswege verlengd met 30 minuten.

  • 2 Per deelnemer worden ten hoogste drie biedronden van rechtswege verlengd, waarbij niet worden meegerekend de biedronden waarvoor de minister op grond van de artikelen 20 of 22, heeft besloten dat deze opnieuw worden gehouden.

  • 3 De minister kan besluiten dat voor de bepaling van het aantal biedronden dat nog van rechtswege wordt verlengd, niet wordt meegerekend een biedronde waarin het niet uitbrengen van een bod het gevolg was van technische problemen die zijn ontstaan vóór het verstrijken van de biedronde.

  • 4 In afwijking van artikel 18, tweede lid, eindigt een biedronde als bedoeld in het eerste lid op het moment dat de termijn van 30 minuten is verstreken of, indien dat eerder is, op het tijdstip waarop alle deelnemers voor wie de biedronde van rechtswege is verlengd een bod hebben uitgebracht.

  • 5 De minister deelt de verlenging van een biedronde zo spoedig mogelijk mee aan alle deelnemers.

Artikel 27. Mededelingen minister na afloop van elke biedronde in het eerste deel van de primaire fase

Zo spoedig mogelijk na het einde van een biedronde deelt de minister elke deelnemer mee:

  • a. het nummer van die biedronde, en, indien van toepassing, de aanvangstijd, duur en het nummer van, alsmede de prijs in, de volgende biedronde;

  • b. het aantal vergunningen dat in de afgelopen biedronde in totaal is geboden;

  • c. zijn bod en zijn exitbiedingen in de afgelopen biedronde, en

  • d. het aantal keer dat hij nog in aanmerking komt voor een verlenging als bedoeld in artikel 26, tweede lid.

Artikel 28. Laatste biedronde en aanmerking winnende biedingen eerste deel van de primaire fase

  • 1 De laatste biedronde is de biedronde waarin het aantal vergunningen dat in totaal is geboden, gelijk is aan of kleiner is dan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a.

  • 2 Indien het aantal vergunningen dat in totaal is geboden gelijk is aan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, merkt de minister alle in de laatste biedronde gedane biedingen aan als winnende biedingen.

  • 3 Indien het aantal vergunningen dat in totaal is geboden kleiner is dan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, merkt de minister de volgende biedingen aan als winnende biedingen:

    • a. alle biedingen die zijn gedaan in de laatste biedronde, gevolgd door:

    • b. de hoogste exitbiedingen voor het aantal vergunningen dat dan nog resteert.

  • 4 Indien op grond van het derde lid, onderdeel b, verschillende exitbiedingen dezelfde hoogste waarde hebben, worden de exitbiedingen aangemerkt als winnende biedingen door middel van een loting tussen de betreffende exitbiedingen.

Artikel 29. Mededelingen na einde eerste deel van de primaire fase

De minister maakt zo spoedig mogelijk na het einde van het eerste deel van de primaire fase:

  • a. aan alle deelnemers aan het eerste deel van de primaire fase bekend of hun biedingen of exitbiedingen zijn aangemerkt als winnende biedingen;

  • b. aan alle winnende deelnemers in het eerste deel van de primaire fase bekend het bedrag, bedoeld in artikel 46, tweede lid, onderdeel a.

§. 3. Tweede deel van de primaire fase (veiling vergunningen van 10 MHz)

Artikel 31. Mededelingen minister vóór aanvang tweede deel van de primaire fase

Vóór aanvang van het tweede deel van de primaire fase deelt de minister aan elke deelnemer aan het tweede deel van de primaire fase mee:

  • a. het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b;

  • b. de datum, aanvangstijd en de duur van de eerste biedronde van het tweede deel van de primaire fase;

  • c. de prijs, bedoeld in artikel 32, derde lid;

  • d. het aantal MHz dat hij in het tweede deel van de primaire fase ten hoogste kan verwerven;

  • e. het aantal keer dat dat hij in aanmerking komt voor een verlenging als bedoeld in artikel 33.

Artikel 32. Veilingregels tweede deel van de primaire fase

  • 1 Een deelnemer brengt een bod uit in iedere biedronde waaraan hij deelneemt.

  • 2 Een bod bestaat uit het aantal vergunningen dat een deelnemer voor de in de biedronde bepaalde prijs wenst te verwerven.

  • 3 De prijs in de eerste biedronde is € 4.360.000,- per vergunning.

  • 4 De minister bepaalt de prijs in de tweede en daaropvolgende biedronden.

  • 5 Een deelnemer die tijdens het eerste deel van de primaire fase geen bod heeft uitgebracht, kan ten hoogste vijf vergunningen verwerven.

  • 6 In de eerste biedronde overschrijdt een deelnemer met zijn bod niet het aantal MHz, bedoeld in artikel 31, onderdeel d.

  • 7 In de tweede en daaropvolgende biedronden is het bod telkens gelijk aan of lager dan het bod dat de deelnemer heeft uitgebracht in de voorafgaande biedronde.

  • 8 Een deelnemer die zijn bod verlaagt ten opzichte van zijn bod in de voorafgaande biedronde, kan één of meer exitbiedingen uitbrengen.

  • 9 Een exitbod bestaat uit een combinatie van:

    • a. een aantal vergunningen dat niet hoger is dan het aantal vergunningen waarmee hij zijn bod heeft verlaagd ten opzichte van de voorafgaande biedronde, en

    • b. een bedrag in hele euro’s per vergunning dat:

      • 1⁰. gelijk is aan, of hoger is dan, de prijs per vergunning die de minister heeft bepaald voor de voorafgaande biedronde, en

      • 2⁰. lager is dan de prijs per vergunning die de minister heeft bepaald voor de biedronde waarin de deelnemer zijn bod verlaagt.

  • 10 Indien een deelnemer in een biedronde meerdere exitbiedingen uitbrengt, is het bedrag per vergunning, bedoeld in het negende lid, onderdeel b, behorende bij een exitbod, niet hoger dan het bedrag per vergunning van een in dezelfde ronde uitgebracht exitbod op een kleiner aantal vergunningen.

  • 11 Een deelnemer kan in elke biedronde waarin hij een bod uitbrengt tevens één of meer exitbiedingen intrekken.

  • 12 Een deelnemer die een biedronde of een voor hem verlengde biedronde laat verstrijken:

    • a. wordt geacht een bod te hebben uitgebracht van nul, en

    • b. brengt in de daaropvolgende biedronden geen bod uit.

Artikel 34. Mededelingen minister na afloop van elke biedronde in tweede deel van de primaire fase

Zo spoedig mogelijk na het einde van een biedronde deelt de minister elke deelnemer mee:

  • a. het nummer van die biedronde, en, indien van toepassing, de aanvangstijd, duur en het nummer van, alsmede de prijs in, de volgende biedronde;

  • b. het aantal vergunningen dat in de afgelopen biedronde in totaal is geboden;

  • c. zijn bod en zijn exitbiedingen in de afgelopen biedronde, en

  • d. het aantal keer dat hij nog in aanmerking komt voor een verlenging op grond van artikel 33.

Artikel 35. Laatste biedronde en aanmerking winnende biedingen tweede deel van de primaire fase

  • 1 De laatste biedronde is de biedronde waarin het aantal vergunningen dat in totaal is geboden, gelijk is aan of kleiner is dan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b.

  • 2 Indien het aantal vergunningen dat in totaal is geboden gelijk is aan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, merkt de minister alle in de laatste biedronde gedane biedingen aan als winnende biedingen.

  • 3 Indien het aantal vergunningen dat in totaal is geboden kleiner is dan het aantal vergunningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, merkt de minister de volgende biedingen aan als winnende biedingen:

    • a. alle biedingen die zijn gedaan in de laatste biedronde, gevolgd door:

    • b. de exitbiedingen die deel uitmaken van de combinatie van exitbiedingen waarmee het kleinste aantal vergunningen onverdeeld blijft.

  • 4 Bij de vaststelling van de combinatie, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, neemt de minister slechts in ogenschouw exitbiedingen van deelnemers aan wie reeds het aantal vergunningen wordt toegewezen dat zij hebben geboden in de biedronde waarin zij het betreffende exitbod hebben uitgebracht.

  • 5 Indien op grond van het derde en vierde lid verschillende combinaties van exitbiedingen kunnen worden vastgesteld, worden de exitbiedingen aangemerkt als winnende biedingen van de combinatie die de hoogste waarde heeft.

  • 6 Indien op grond van het vijfde lid verschillende combinaties dezelfde hoogste waarde hebben, worden de exitbiedingen aangemerkt als winnende biedingen van de combinatie die door loting is bepaald.

Artikel 36. Mededelingen na einde tweede deel van de primaire fase

De minister maakt zo spoedig mogelijk na het einde van het tweede deel van de primaire fase bekend:

  • a. aan elke deelnemer aan het tweede deel van de primaire fase afzonderlijk: welke van zijn biedingen of exitbiedingen zijn aangemerkt als winnende biedingen;

  • b. aan elke winnende deelnemer in het tweede deel van de primaire fase afzonderlijk: het bedrag, bedoeld in artikel 46, tweede lid, onderdeel b.

§. 4. Toewijzingsfase

Artikel 37. Veiling alternatieve combinaties frequentieruimte

  • 1 De minister stelt op basis van de artikelen 29 en 36 voor iedere winnende deelnemer een lijst samen van de alternatieve combinaties van frequentieruimte waarop hij, gezien de vergunningen die hij heeft gewonnen, kan bieden in de toewijzingsfase.

  • 2 Bij het samenstellen van alternatieve combinaties, neemt de minister het volgende in acht:

    • a. de hoeveelheid frequentieruimte van iedere winnende deelnemer stemt overeen met het aantal vergunningen dat hij heeft gewonnen;

    • b. de frequentieruimte van iedere winnende deelnemer is aaneengesloten, en

    • c. de frequentieruimte van onverdeelde vergunningen is aaneengesloten en grenst aan de bovengrens van de 3,5 GHz-band.

Artikel 38. Geen veiling toewijzingsfase indien niet meer dan één combinatie mogelijk is

De toewijzingsfase vindt niet plaats indien op basis van artikel 37 voor geen van de winnende deelnemers meer dan één combinatie van frequentieruimte mogelijk is.

Artikel 40. Datum, tijdstip en duur toewijzingsfase

  • 1 Zo spoedig mogelijk na afloop van de primaire fase, deelt de minister elke winnende deelnemer mee:

    • a. de datum en aanvangstijd van de biedronde in toewijzingsfase;

    • b. de duur van de biedronde in de toewijzingsfase;

    • c. de alternatieve combinaties waarop de betreffende deelnemer kan bieden.

  • 2 De toewijzingsfase vindt niet eerder plaats dan drie werkdagen na de mededeling, bedoeld in artikel 36.

Artikel 41. Veilingregels toewijzingsfase

  • 1 De toewijzingsfase bestaat uit één biedronde.

  • 2 Een deelnemer brengt in de toewijzingsfase ten hoogste één bod uit per alternatieve combinatie van frequentieruimte als bedoeld in artikel 37.

  • 3 Een bod bestaat uit een bedrag in hele euro’s nauwkeurig en bedraagt minimaal nul euro.

  • 4 Indien voor een alternatieve combinatie van frequentieruimte geen bod wordt ontvangen, wordt voor die alternatieve combinatie uitgegaan van een bod van nul euro.

  • 5 De finale combinatie van winnende biedingen is de combinatie die:

    • a. voorkomt op de lijst, bedoeld in artikel 37, en

    • b. de hoogste waarde heeft.

  • 6 Indien op grond van het vijfde lid meerdere combinaties kunnen worden aangemerkt als finale combinatie, wordt de finale combinatie vastgesteld door middel van een loting tussen de betreffende combinaties.

Artikel 42. Bepaling extra prijs

  • 1 Nadat de finale combinatie is vastgesteld, bepaalt de minister de extra prijzen.

  • 2 De extra prijs voor een deelnemer:

    • a. bestaat uit het verschil tussen:

      • 1⁰. de som van de biedingen van de andere deelnemers in de combinatie van winnende biedingen die de hoogste opbrengst zou hebben wanneer de biedingen van de betreffende deelnemer buiten beschouwing zouden worden gelaten, en

      • 2⁰. de som van de biedingen van de andere deelnemers in de finale combinatie van winnende biedingen;

    • b. voldoet aan de voorwaarden, bedoeld in bijlage 3.

Artikel 43. Mededelingen na einde toewijzingsfase

De minister deelt de winnende deelnemers zo spoedig mogelijk na het bepalen van de extra prijzen, bedoeld in artikel 42, mee:

  • a. dat de veiling is afgelopen;

  • b. de identiteit van de winnende deelnemers en de door hen gewonnen vergunningen, en

  • c. de hoogte van de verschuldigde bedragen, bedoeld in artikel 46, tweede lid.

Artikel 44. Openbaarmaking resultaten

  • 1 De minister maakt uiterlijk de eerste werkdag na afloop van de toewijzingsfase de informatie, bedoeld in de artikelen 29, 36 en 43 openbaar.

  • 2 De minister maakt binnen een week na afloop van de veiling een overzicht openbaar van:

    • a. de biedingen van alle deelnemers in het eerste deel van de primaire fase, waarbij niet openbaar wordt gemaakt de identiteit van deelnemers die geen winnend bod hebben uitgebracht;

    • b. de biedingen van alle deelnemers in het tweede deel van de primaire fase, waarbij niet openbaar wordt gemaakt de identiteit van deelnemers die geen winnend bod hebben uitgebracht;

    • c. de biedingen van alle deelnemers in de toewijzingsfase.

Hoofdstuk 5. Vergunningverlening en afwijzing aanvragen na de veilingfase

§ 1. Algemene bepaling omtrent vergunningverlening en afwijzing aanvragen

Artikel 45. Verlening vergunningen aan winnende deelnemers en afwijzing aanvragen niet-winnende deelnemers

  • 1 De minister verleent de winnende deelnemers de door hen gewonnen vergunningen.

  • 2 De minister wijst de aanvragen af van niet-winnende deelnemers en van aanvragers die van deelname of verdere deelname waren uitgesloten.

§ 2. Winnende deelnemers

Artikel 46. Betaling en hoogte van verschuldigde bedrag

  • 1 Een winnende deelnemer betaalt het door hem verschuldigde bedrag binnen twee weken nadat de vergunning aan hem is verleend op de wijze die is bepaald in zijn vergunning.

  • 2 Het door een winnende deelnemer verschuldigde bedrag is de optelsom van de volgende bedragen:

    • a. winnende biedingen van de betreffende deelnemer in het eerste deel van de primaire fase;

    • b. winnende biedingen van de betreffende deelnemer in het tweede deel van de primaire fase, en

    • c. de extra prijs voor de betreffende deelnemer, bedoeld in artikel 42, tweede lid.

Artikel 47. Terugstorten waarborgsommen en teruggave bankgaranties winnende deelnemers

  • 1 Indien de winnende deelnemer een waarborgsom heeft gestort, wordt de waarborgsom aangewend voor de betaling van het voor de vergunning of vergunningen verschuldigde bedrag, met dien verstande dat:

    • a. indien de waarborgsom van een winnende deelnemer minder dan het verschuldigde bedrag bedraagt, die deelnemer het restant van het verschuldigde bedrag betaalt, en

    • b. indien de waarborgsom van een winnende deelnemer méér dan het verschuldigde bedrag bedraagt, het bedrag van de waarborgsom dat resteert na betaling van het verschuldigde bedrag of, indien uitstel van betaling is verleend, van het bedrag van de eerste termijn, aan die deelnemer wordt teruggestort uiterlijk twee weken nadat de vergunning is verleend.

  • 2 Artikel 9, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op gevallen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, met dien verstande dat de minister slechts de rente vergoedt over het deel van de waarborgsom dat wordt teruggestort.

  • 3 Indien een deelnemer een bankgarantie heeft afgegeven, is artikel 9, eerste lid, onderdeel b, van overeenkomstige toepassing vanaf:

    • a. het tijdstip waarop het verschuldigde bedrag is betaald, of

    • b. het tijdstip waarop de helft van het verschuldigde bedrag is betaald op de wijze die is bepaald in de vergunning, indien aan de winnende deelnemer uitstel van betaling is verleend.

§ 3. Niet-winnende deelnemers en uitgesloten aanvragers

Artikel 48. Terugstorten waarborgsommen en teruggave bankgaranties aan niet-winnende deelnemers en uitgesloten aanvragers

Artikel 9 is van overeenkomstige toepassing op de waarborgsom of bankgarantie van niet-winnende deelnemers en van aanvragers die van deelname of verdere deelname waren uitgesloten.

Hoofdstuk 6. Slotbepalingen

Artikel 49. Wijziging Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020

[Red: Wijzigt de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020.]

Artikel 50. Wijziging Regeling vergoedingen Rijksinspectie Digitale Infrastructuur

[Treedt in werking op 01-07-2024]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 51. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel 50, dat in werking treedt met ingang van 1 juli 2024.

Artikel 52. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 3,5 GHz-band 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 2 februari 2024

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,

M.A.M. Adriaansens

Bijlage 1. Als bedoeld in artikel 6, vierde lid

Model aanvraagformulier

Onderdeel A

A.1. Algemeen

A.1.1. Gegevens aanvrager

Statutaire naam aanvrager: ..........

Correspondentieadres, postcode en plaatsnaam aanvrager:

(Adres waarop aanvrager aangetekende poststukken ontvangt)

Fysiek adres, postcode en plaatsnaam aanvrager:

(Adres aanvrager voor persoonlijke overhandiging vertrouwelijke veilingstukken)

Nummer van inschrijving in het handelsregister of daarmee vergelijkbaar register: ..........

Land van inschrijving in het handelsregister of daarmee vergelijkbaar register: ..........

Beherende instantie van het handelsregister of daarmee vergelijkbaar register: ..........

A.1.2. Contactgegevens aanvrager tijdens de veiling (artikel 19)

Het telefoonnummer waarop de vertegenwoordigingsbevoegde tijdens de veiling bereikbaar is: ..........

Het e-mailadres waarop de vertegenwoordigingsbevoegde tijdens de veiling bereikbaar is en de bijbehorende publieke beveiligingssleutel:

..........

Verstrek de publieke beveiligingssleutel via Veiling3.5GHz@rdi.nl

A.1.3. Verklaring ontvangst elektronische berichten tijdens de aanvraagprocedure en vergunningverlening

Kruis aan indien van toepassing:

  • aanvrager die zijn aanvraag per aangetekende post of persoonlijke overhandiging indient, verklaart hierbij bereikbaar te zijn langs elektronische weg tijdens de aanvraagprocedure en vergunningverlening. (De aanvrager die zijn aanvraag langs elektronische weg indient maakt daarmee al kenbaar bereikbaar te zijn langs elektronische weg.)

A.1.4. Recent uittreksel uit het handelsregister

  • Een recent uittreksel, niet ouder dan een maand gerekend vanaf de datum van indiening van de aanvraag, van het handelsregister of daarmee vergelijkbaar register is bijgevoegd.

A2. Vertegenwoordigingsbevoegdheid

Opgave van degene(n) die volledig zelfstandig bevoegd zijn (is) om de aanvrager rechtsgeldig te vertegenwoordigen in verband met deze aanvraag en alle handelingen gedurende de veilingprocedure:

A.2.1. Functionaris 1

Naam: ..........

Volledige voornamen: ..........

Functie bij aanvrager: ..........

Soort identiteitsbewijs: ..........

Nummer identiteitsbewijs: ..........

Vertegenwoordigingsbevoegdheid:

Bevoegdheid blijkt uit: ..........

Handtekening: ..........

A.2.2. Functionaris 2

Naam: ..........

Volledige voornamen: ..........

Functie bij aanvrager: ..........

Soort identiteitsbewijs: ..........

Nummer identiteitsbewijs: ..........

Vertegenwoordigingsbevoegdheid: ..........

Bevoegdheid blijkt uit: ..........

Handtekening..........

A.2.3. Functionaris 3

Naam: ..........

Volledige voornamen: ..........

Functie bij aanvrager: ..........

Soort identiteitsbewijs: ..........

Nummer identiteitsbewijs: ..........

Vertegenwoordigingsbevoegdheid: ..........

Bevoegdheid blijkt uit: ..........

Handtekening..........

A.2.4. Functionaris 4

Naam: ..........

Volledige voornamen: ..........

Functie bij aanvrager: ..........

Soort identiteitsbewijs: ..........

Nummer identiteitsbewijs: ..........

Vertegenwoordigingsbevoegdheid: ..........

Bevoegdheid blijkt uit: ..........

Handtekening..........

Indien de vertegenwoordigingsbevoegdheid niet blijkt uit het handelsregister of een daarmee vergelijkbaar register, maar uit een volmacht, moet een kopie van de volmacht worden bijgevoegd.

A.3. Verbonden rechtspersonen

A.3.1 overzicht en bijbehorende informatie verbonden rechtspersonen

Gebruik een bijlage en verstrek alle relevante bewijsstukken, waaronder ten minste:

  • 1. de thans geldende statuten van de aanvrager;

  • 2. aandeelhoudersovereenkomsten waarbij de aanvrager als aandeelhouder dan wel als onderwerp betrokken is. Indien dergelijke overeenkomsten niet bestaan dient dit te worden aangegeven;

  • 3. meest recente jaarverslag en jaarrekening van de aanvrager;1

  • 4. organisatorische overeenkomsten en/of beheersovereenkomsten waar de aanvrager bij betrokken is en waaruit blijkt of de aanvrager het recht heeft om de zaken van een andere onderneming te leiden. Indien dergelijke overeenkomsten niet bestaan dient dit te worden aangegeven.

A.3.2 Verklaring inzake verbondenheid

A.3.2.1 Huidige situatie

Hierbij verklaart [aanvrager/moedermaatschappij(en) aanvrager*] dat geen enkele van de met de aanvrager verbonden rechtspersonen, als bedoeld in artikel 3 van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020, tevens een aanvraag heeft ingediend.

A.3.2.2 Toekomstige situatie

Ook verklaart [aanvrager/moedermaatschappij(en) aanvrager*] hierbij dat geen enkele van de met de aanvrager verbonden rechtspersonen, als bedoeld in artikel 3 van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020, tevens een aanvraag zal indienen op grond van deze Regeling.

A.3.2.3 Houders/gebruikers vergunningen mobiele communicatie

Tevens verklaart (aanvrager/moedermaatschappij(en) aanvrager*) dat uitsluitend de onderstaande met de aanvrager verbonden rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020 houder/gebruiker zijn van een vergunning voor het gebruik van frequentieruimte voor mobiele communicatie als bedoeld in artikel 1 van die Capregeling:

...

....

...

(Invullen de namen van de rechtspersonen die verbonden zijn met de aanvrager en houder/gebruiker zijn van vergunningen voor het gebruik van frequentieruimte voor mobiele communicatie als bedoeld in artikel 1 van de Capregeling frequenties mobiele communicatie 2020)

*in geval aanvrager onderdeel is van een concern dient de rechtspersoon die de zeggenschap heeft over het gehele concern waarvan de aanvrager onderdeel uit maakt deze verklaring af te geven.

A.4. Schriftelijke verklaring omtrent de juistheid van gegevens

A.4.1 De aanvrager is een rechtspersoon, opgericht in overeenstemming met het recht van een van de lidstaten van de Europese Unie of een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en heeft zijn statutaire zetel, zijn hoofdbestuur of zijn hoofdvestiging binnen de Europese Economische Ruimte.

A.4.2 De aanvrager is wel/niet* ontbonden.

A.4.3 De aanvrager is wel/niet* failliet verklaard.

A.4.4 De aanvrager heeft wel/niet* eigen aangifte tot faillissement gedaan.

A.4.5 Een verzoek tot faillissement van de aanvrager is wel/niet* ingediend.

A.4.6 Aan de aanvrager is wel/geen* surseance van betaling verleend.

A.4.7 De aanvrager heeft wel/geen* aanvraag tot surseance van betaling gedaan.

A.4.8 Op de aanvrager rust wel/geen* verplichting om informatie als bedoeld in artikel 21, tweede lid, te delen met aandeelhouders.

Indien een dergelijke verplichting op de aanvrager rust: wat is de grondslag voor deze verplichting en tot het delen van welke informatie is de aanvrager verplicht en op welk moment: ..........

Verstrek het document waarin de verplichting tot het delen van informatie als bedoeld in artikel 21, tweede lid, is opgenomen. Indien dit niet in een document is vastgelegd maar anders is overeengekomen dient hier een schriftelijke verklaring over te worden verstrekt.

A.4.9 De aanvrager heeft wel/geen* informatie als bedoeld in artikel 21, tweede lid, met aandeelhouders gedeeld.

Indien informatie genoemd in artikel 21, tweede lid, is gedeeld: welke informatie en met wie:

..........

* doorhalen wat niet van toepassing is.

Verklaring notaris

Ondergetekende, notaris te.......... (plaatsnaam)

Verklaart, zonder voorbehoud, dat:

  • (i) de informatie die in deze aanvraag is verstrekt onder A.1.1, A.2, A.4.1, A.4.2, A.4.3 en A.4.6 door hem is geverifieerd en juist en volledig is bevonden;

  • (ii) dat de informatie die in deze aanvraag is verstrekt onder A.3.1, A.3.2.1, A.3.2.3, A.4.4, A.4.5, A.4.7 en A.4.8 door hem naar beste kunnen is geverifieerd en naar zijn oordeel juist en volledig is;

  • (iii) de personen genoemd bij A.2 door hem/haar zijn geïdentificeerd in persoon, volgens de regels van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme, ten behoeve van de minister, ten bewijze waarvan een kopie van het identiteitsbewijs aan de hand waarvan verificatie van de identiteit heeft plaatsgevonden hierbij wordt gevoegd, en dat die personen in zijn bijzijn hun handtekening hebben geplaatst bij A.2.

Naam: ..........

Plaats: ..........

Datum: ..........

(Gekwalificeerde elektronische) handtekening*

..........

De verklaring van de notaris mag desgewenst door middel van een bijlage, in ongewijzigde tekst, worden verstrekt.

* In geval de verklaring van de notaris niet is voorzien van een gekwalificeerde elektronische handtekening, dient de originele schriftelijke verklaring van de notaris per aangetekende post of door persoonlijke overhandiging te worden ingediend op de wijze bedoeld in artikel 3, tweede lid, en onderdeel b.

Onderdeel B

Aanvraag

Ik vraag één of meer vergunningen aan in 3,5 GHz band en verzoek om toegelaten te worden tot

  • Het eerste deel van de primaire fase of aan beide delen van de primaire fase

  • Het tweede deel van de primaire fase

voor het aantal MHz dat ik op grond van artikel 3 van de capregeling mag verwerven.

Ik dien hierbij wel/niet * een verzoek in om uitstel van betaling als bedoeld in artikel 4:94 van de Algemene wet bestuursrecht ter grootte van de helft van het verschuldigde bedrag bedoeld in artikel 46, tweede lid, voor de duur van één jaar gerekend vanaf de dag na verlening van de vergunning. Op grond van artikel 4:101 van de Algemene wet bestuursrecht is over dit deel wettelijke rente verschuldigd, te rekenen vanaf de datum waarop het bedrag op grond van artikel 46, eerste lid, dient te zijn betaald tot en met de datum waarop het bedrag wordt betaald.

* doorhalen wat niet van toepassing is.

Bestuurdersverklaring

Ondergetekende* verklaart dat

  • (i) de informatie die in deze aanvraag is verstrekt juist en volledig is;

  • (ii) deze aanvraag niet tot stand is gekomen onder invloed van een afspraak of overeenkomst met een ander dan wel een besluit of gedraging, die afbreuk doet of kan doen aan een goed verloop van de veiling, de mededinging daaronder begrepen;

  • (iii) deelnemer zich gedurende de veilingprocedure onthoudt van het maken van afspraken of het sluiten van overeenkomsten met een ander en deelnemer zich onthoudt van ieder besluit of iedere gedraging, die afbreuk doet of kan doen aan een goed verloop van de veiling, de mededinging daaronder begrepen.

* Indien u niet bevoegd en/of gemachtigd bent om zelfstandig deze aanvraag te ondertekenen, dienen ook de andere bestuurders of gevolmachtigden deze aanvraag te ondertekenen.

Naam: ..........

Plaats: ..........

Datum: ..........

(Gekwalificeerde elektronische) handtekening: ..........

Naam: ..........

Plaats: ..........

Datum: ..........

(Gekwalificeerde elektronische) handtekening: ..........

Naam: ..........

Plaats: ..........

Datum: ..........

(Gekwalificeerde elektronische) handtekening: ..........

Naam: ..........

Plaats: ..........

Datum: ..........

(Gekwalificeerde elektronische) handtekening: ..........

Bijlage 2. als bedoeld in artikel 8, derde lid, onderdeel b

Onderdeel A

Model bankgarantie

  • I. De ondergetekende.... (naam van een bank die is gevestigd in een van de lidstaten van de Europese Unie of in een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte)*, gevestigd te...., mede kantoorhoudende te..., hierna te noemen: ‘de Bank’;

In aanmerking nemende:

  • A. dat artikel 3.13, eerste lid, van de Telecommunicatiewet bepaalt dat voor het gebruik van frequentieruimte een vergunning is vereist van de Minister van Economische Zaken en Klimaat (hierna: ‘de minister’);

  • B. dat.......... (naam aanvrager), rechtspersoon naar.......... (het recht van een van de lidstaten van de Europese Unie of van een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte) recht, waarvan de zetel is gevestigd te.........., kantoorhoudende te.........., hierna te noemen: ‘de Aanvrager, voornemens is een bieding in de veiling uit te brengen teneinde een vergunning als bedoeld in artikel 3.13, eerste lid, van de Telecommunicatiewet te verwerven;

  • C. dat de minister met betrekking tot de verlening van een vergunning regels heeft gesteld. Deze regels zijn vastgelegd in de Regeling aanvraag- en veilingprocedure vergunningen 3,5 GHz-band 2024;

  • D. dat de minister op grond van deze regels van de Aanvrager verlangt dat deze een bankgarantie doet stellen ter zekerheid van al hetgeen de Aanvrager ter zekerheid verschuldigd is, hierna te noemen: ‘de Vordering’, aan de Staat der Nederlanden, rechtspersoon naar Nederlands recht, waarvan de zetel is gevestigd te ’s-Gravenhage, hierna te noemen: ‘de Staat’;

  • E. dat de Aanvrager de Bank heeft verzocht een onherroepelijke en onafhankelijke bankgarantie te stellen ten behoeve van de Staat, welke op eerste verzoek van de Staat betaalbaar is;

  • II. Verbindt zich tot het navolgende:

    • 1. De Bank stelt zich bij wijze van zelfstandige verbintenis tot een bedrag van € 19.610.000,- (zegge: negentienmiljoen zeshonderdtienduizend euro) bij deelname aan het eerste deel of beide delen van de primaire fase, of € 2.180.000 (zegge: twee miljoen honderdtachtigduizend. euro) bij deelname aan het tweede deel van de primaire fase*, onherroepelijk garant jegens de Staat voor de betaling van al hetgeen de Staat blijkens een schriftelijke verklaring van de Staat ter zake van de Vordering van de Aanvrager te vorderen heeft, aldus dat de Bank zich verbindt het gevorderde bedrag als eigen verplichting aan de Staat te voldoen.

      * doorhalen wat niet van toepassing is

    • 2. De Bank verbindt zich om als eigen schuld op eerste verzoek en op de enkele schriftelijke mededeling van de Staat zonder overlegging van enig ander document of opgaaf van redenen te verlangen, aan de Staat te voldoen het bedrag dat de Staat verklaart ter zake van de Vordering van de Aanvrager te vorderen te hebben, met dien verstande dat de Bank nimmer gehouden is aan de Staat meer te voldoen dan het hiervoor vermelde maximumbedrag.

    • 3. Deelberoepen onder deze bankgarantie zijn mogelijk. Het maximumbedrag van deze bankgarantie wordt met een bedrag gelijk met dat van elk deelberoep verlaagd.

    • 4. Deze bankgarantie vervalt na ontvangst door de Bank van een per aangetekende brief gezonden schriftelijke verklaring van de Staat dat de bankgarantie vervalt en in ieder geval één jaar na datum van ondertekening van deze garantie, tenzij de Bank ten minste één maand voor de einddatum van de garantie per aangetekende brief een schriftelijke verklaring van of namens de minister heeft ontvangen dat deze bankgarantie niet vervalt, in welk geval de garantie telkens voor een nieuwe termijn van een jaar geldig is.

    • 5. Deze bankgarantie wordt beheerst door Nederlands recht. Geschillen ter zake van deze bankgarantie kunnen uitsluitend worden voorgelegd aan de bevoegde Nederlandse rechter te ’s-Gravenhage.

    • 6. Na verval van deze bankgarantie kan de Staat geen enkele aanspraak meer maken jegens de Bank uit hoofde van deze bankgarantie tenzij de Bank voorafgaande aan het moment waarop deze bankgarantie zou vervallen een mededeling ontving als bedoeld onder 2 waaraan de Bank nog niet voldeed. Op verzoek van de Bank zal de Staat deze bankgarantie nadat deze is vervallen retourneren aan de Bank.

Plaats: ..........

Datum: ..........

Naam Bank en (gekwalificeerde elektronische) ondertekening**

..........

* hetgeen in het bovenstaande cursief is gedrukt moet door de Bank worden ingevuld.

** In geval de bankgarantie niet is voorzien van een gekwalificeerde elektronische handtekening, dient de originele schriftelijke bankgarantie per aangetekende post of door persoonlijke overhandiging te worden ingediend op de wijze bedoeld in artikel 3, tweede lid, en onderdeel b.

Onderdeel B

Model bank guarantee

  • I. The undersigned.......... (name of a bank that is established and has its registered office in a Member State of the European Union or one of the other states that are a party to the Agreement on the European Economic Area)*, with its registered office in..... and its place of business, among other places, at....., hereinafter: ‘the Bank’;

Whereas:

  • A. Section 3.13, subsection 1, of the Telecommunications Act (Telecommunicatiewet) provides that the use of radio spectrum requires a licence, to be issued by the Minister of Economic Affairs and Climate Policy (hereinafter: ‘the minister’);

  • B. ........... (Applicant’s name), a legal entity under.......... (the law of a Member State of the European Union or one of the other states that are a party to the Agreement on the European Economic Area) law, with its registered office in.......... and its principal place of business at........., hereinafter: ‘the Applicant, intends to submit a bid in the auction for the purpose of acquiring a licence as referred to in Section 3.13(1) of the Telecommunications Act;

  • C. the minister has established rules for the award of licences. These rules are laid down in the Regulations on the application and auction procedure for 3,5 GHz licences;

  • D. in accordance with these rules, the minister requires that the Applicant arrange for a bank guarantee to be provided as security for the entire amount to be put up as security by the Applicant, hereinafter: ‘the Amount Due’, for the benefit of the State of the Netherlands, a legal entity under Dutch law, whose seat is established in The Hague, hereinafter: ‘the State’;

  • E. the Applicant has requested the Bank to provide an irrevocable and independent bank guarantee for the benefit of the State, which is payable on first demand by the State;

  • II. Undertakes as follows:

    • 1. The Bank irrevocably stands surety, by way of an independent obligation, for an amount of € 19.610.000 (in words: nineteen million and six hundred and ten thousand euros) for participation in the first part or both parts of the primary phase of the auction, or € 2.180.000 (in words: two million and one hundred eighty thousand euros) for participation in the second part of the primary phase of the auction*, to the State for the payment by the Applicant of the entire amount payable to the State in respect of the Amount Due as appears from a written notice by the State, such that the Bank undertakes to pay the amount due to the State as its own obligation.

      *Cross out the amount that is not applicable

    • 2. The Bank undertakes to pay to the State, as if it were its own debt, on first demand and on the mere written notice of the State, without requiring any other document to be presented or any reasons to be given, the amount that the State declares it is due in respect of the Amount Due from the Applicant, on the understanding that the Bank shall never be obliged to pay more to the State than the maximum amount referred to above.

    • 3. Partial reliance is possible under this bank guarantee. The maximum amount of this bank guarantee will be reduced by an amount equal to each partial reliance.

    • 4. This bank guarantee shall expire after receipt by the Bank of a written notice by the State, sent by registered letter, that the bank guarantee has expired and in any event one year after the date on which this guarantee was signed, unless the Bank has received a written notice by or on behalf of the minister, to be sent by registered letter, at least one month prior to the expiry date of the guarantee stating that this bank guarantee will not expire, in which case the guarantee will be valid for successive new periods of one year.

    • 5. This bank guarantee is governed by Dutch law. Any disputes relating to this bank guarantee may only be submitted to the competent Dutch court in The Hague.

    • 6. Following the expiry of this bank guarantee, the State may no longer make any claim against the Bank under this bank guarantee, unless the Bank received a notice as referred to under 2 above prior to the scheduled expiry date of this bank guarantee with which the Bank has failed as yet to comply. At the Bank's request, the State will return this bank guarantee to the Bank upon its expiry.

Town/city: ..........

Date: ..........

Name of Bank and (qualified electronic) signature**

..........

* the details shown in italics above are to be completed by the Bank.

** If the bank guarantee does not include a qualified electronic signature, the original written bank guarantee must be submitted by registered mail or by delivery by hand in the manner referred to in Article 3, second paragraph, and part b.

Bijlage 3. als bedoeld in artikel 42, tweede lid, onderdeel b

Berekening extra prijzen

Door toepassing van artikel 42 zijn n winnende biedingen wb1, wb2, wb3,..., wbn bepaald, uitgebracht door de deelnemers w1, w2, w3,..., wn. Voor een winnende bieding wbi is het bedrag pi geboden. De totale opbrengst van de winnende biedingen wb1, wb2, wb3,..., wbn is gelijk aan T, ofwel

Bijlage 271382.png

De extra prijs wordt vastgesteld overeenkomstig het bepaalde onder 1 en 2:

  • 1. Voor elke winnende bieding wbi wordt een extra prijs ebi bepaald, met dien verstande dat aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a. ebi is gelijk aan of groter dan 0;

    • b. ebi is kleiner dan of gelijk aan pi, en

    • c. de verzameling {eb1, eb2, eb3,..., ebn} voldoet aan de volgende voorwaarde: als alle biedingen in de toewijzingsbiedronde van een winnende deelnemer

      • worden verlaagd met (pi – ebi), voor i = 1, 2,..., n, en

      • niet verder dan tot nul worden verlaagd,

      leidt toepassing van artikel 42, tweede lid, onderdeel a, niet tot een andere bieding of een andere combinatie van biedingen die een hogere opbrengst heeft dan wb1, wb2, wb3,..., wbn;

    • d. de verzameling {eb1, eb2, eb3,..., ebn} komt overeen met de finale combinatie van winnende biedingen en heeft de laagst mogelijke opbrengst, ofwel de som van de extra prijzen

Bijlage 271383.png

is minimaal.

  • 2. Indien meer verzamelingen {eb1, eb2, eb3,..., ebn} aan de onder 1 gestelde voorwaarden voldoen, wordt uit deze verzamelingen de verzameling extra prijzen gekozen met de laagste opportuniteitskostenvariantie OV. De opportuniteitskostenvariantie OV is de som van de kwadratische verschillen tussen de extra prijzen en de bijbehorende individuele opportuniteitskosten, ofwel OV

Bijlage 271384.png

, met dien verstande dat:

    • a. Oi de opportuniteitskosten zijn van de winnende bieding wbi, bepaald door: Oi = Zi – (T – pi); en

      Zi de totale opbrengst is van de overeenkomstig artikel 42 bepaalde finale combinatie van winnende biedingen, indien deelnemer wi € 0,00 had uitgebracht voor alle mogelijke combinaties van biedingen.

  1. Maakt de aanvrager deel uit van een groep waarvoor een geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag is opgesteld waarin de aanvrager ook is opgenomen, dan volstaat het aanleveren hiervan. ^ [1]
Naar boven