Warenwetbesluit liften 2016

Geraadpleegd op 03-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 24-02-2016 en zichtdatum 21-05-2024.
Geldend van 24-02-2016 t/m 19-04-2016

Besluit van 17 februari 2016, houdende vaststelling van het Warenwetbesluit liften 2016 en wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit, het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten en het Warenwetbesluit machines (Warenwetbesluit liften 2016)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 18 december 2015, nr. 2015-0000309166;

Gelet op richtlijn nr. 2014/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake liften en veiligheidscomponenten voor liften (herschikking) (PbEU 2014, L 96), alsmede op de artikelen 4, eerste lid, 5, tweede lid, 7, 7a, derde lid, 11, 12, 13, 14 en 32b van de Warenwet, artikel 49 van de Mijnbouwwet, de artikelen 2 en 120 van de Woningwet en artikel 16, eerste, tweede en derde lid, van de Arbeidsomstandighedenwet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 januari 2016, nr. W12.15.0456/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 februari 2016, nr. 2016-0000017872;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepaling

  • 1 In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a. richtlijn: richtlijn nr. 2014/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake liften en veiligheidscomponenten voor liften (herschikking) (PbEU 2014, L 96);

    • b. accreditatie: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • c. CE-markering: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • d. conformiteitsbeoordeling: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • e. distributeur: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • f. EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie: conformiteitsbeoordelingsinstantie, genoemd in artikel 2 van de richtlijn;

    • g. fabrikant: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • h. geharmoniseerde norm: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • i. gemachtigde: hetgeen artikel 2 van richtlijn daaronder verstaat;

    • j. importeur: hetgeen artikel 2 van richtlijn daaronder verstaat;

    • k. in de handel brengen: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • l. installateur: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • m. NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie: NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie, genoemd in artikel 26;

    • n. liften: hetgeen de artikelen 1, eerste lid, en 2 van de richtlijn daaronder verstaan;

    • o. marktdeelnemer: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • p. nationale accreditatie-instantie: nationale accreditatie-instantie, bedoeld in artikel 2 van de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie;

    • q. op de markt aanbieden: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;

    • r. schema: het stelsel van regels, procedures en beheersaspecten voor het uitvoeren van (onderdelen van) de conformiteitsbeoordeling voor specifieke objecten waarvoor dezelfde specifieke eisen van toepassing zijn;

    • s. veiligheidscomponenten voor liften: hetgeen artikel 1, eerste lid, van de richtlijn daaronder verstaat; en

    • t. wet: Warenwet.

  • 2 Dit besluit is niet van toepassing op liften en veiligheidscomponenten voor liften als bedoeld in artikel 1, tweede en derde lid, van de richtlijn.

  • 3 Dit besluit is mede van toepassing op liften die voorhanden zijn of worden gebruikt in de particuliere huishouding.

Artikel 2. Algemene verplichtingen

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Hoofdstuk 2. EU-conformiteitsverklaring en CE-markering

Artikel 3. Verplichtingen installateur

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 4. Verplichtingen fabrikant

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 5. Gemachtigde van de fabrikant of installateur

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 6. Verplichtingen importeur

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 7. Verplichtingen distributeur

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 8. EU-conformiteit

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 9. CE-markering

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 10. Procedure EU-conformiteitsbeoordeling

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 11. Intrekking verklaringen en goedkeuringen

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 12. Aanwijzingsprocedure

  • 1 Bij een verzoek aan Onze Minister als bedoeld in artikel 7a van de wet, voldoet de aanvrager aan artikel 27, eerste en tweede lid, van de richtlijn.

  • 2 Een EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie voldoet aan of zorgt dat wordt voldaan aan de volgende bepalingen van de richtlijn:

    • a. artikel 24, tweede tot en met elfde lid;

    • b. artikel 32; en

    • c. artikel 34.

  • 3 Een EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie die taken uitbesteedt of door ondergeschikte instanties laat uitvoeren voldoet aan artikel 26 van de richtlijn.

  • 4 Een EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie voldoet aan de criteria, genoemd in het eerste, tweede en derde lid. Zij toont dit aan door middel van een accreditatie tegen de van toepassing zijnde geharmoniseerde normen of delen daarvan, mits die normen de eisen, bedoeld in de eerste zin, dekken en de referentienummers van die normen in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

  • 5 Indien de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie geen bewijs van accreditatie kan overleggen, verschaft zij Onze Minister alle bewijsstukken die nodig zijn om aan te tonen dat zij voldoet aan de criteria, genoemd in het eerste, tweede en derde lid.

Artikel 13. Weigering, schorsing, wijziging of intrekking aanwijzing

  • 2 Een aanwijzing kan worden geschorst, ten nadele van de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie worden gewijzigd of ingetrokken:

    • a. op grond van door de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie verstrekte onjuiste inlichtingen over feiten of omstandigheden, mits de onjuistheid daarvan aan deze instantie bekend was of kon zijn;

    • b. indien de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie niet meer voldoet aan het bepaalde bij of krachtens artikel 12, eerste tot en met vijfde lid; of

    • c. indien de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie haar wettelijke verplichtingen niet meer naar behoren nakomt of de taken waarvoor zij is aangewezen, niet meer naar behoren uitvoert.

Artikel 14. Aanmeldende autoriteit

  • 1 Bij de uitoefening van zijn taken als aanmeldende autoriteit voldoet Onze Minister aan de artikelen 22 en 28 van de richtlijn.

  • 2 Onze Minister verricht de taken, bedoeld in artikel 21, tweede lid, van de richtlijn.

Artikel 15. Periodieke controle

  • 1 Tijdens de looptijd van de aanwijzing stelt Onze Minister periodiek vast of de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie:

    • a. nog voldoet aan het bepaalde bij of krachtens artikel 12, eerste tot en met vijfde lid; en

    • b. haar wettelijke verplichtingen naar behoren nakomt en de taken waarvoor zij is aangewezen, naar behoren uitvoert.

  • 2 Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld betreffende het kosteloos gegevens en inlichtingen verstrekken door de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie aan Onze Minister of de nationale accreditatie-instantie dan wel door Onze Minister of de nationale accreditatie-instantie aan de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie, die zijn verkregen door de uitvoering of het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wet, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van hun wettelijke taken.

  • 3 Een EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie die haar taken waarvoor zij is aangewezen, beëindigt, of waarvan de aanwijzing door Onze Minister wordt ingetrokken, is verplicht tijdig voorafgaand aan de beëindiging van de werkzaamheden respectievelijk de datum, waarop de aanwijzing eindigt, haar dossiers over te dragen aan een andere EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie waarmee de marktdeelnemer een overeenkomst is aangegaan. Indien er geen andere EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie is, draagt de EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie de dossiers over aan Onze Minister.

Artikel 16. Informatie-uitwisseling installateur – aannemer

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 17. Wijziging richtlijn

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Hoofdstuk 3. Verplichtingen gebruiksfase

Artikel 18. Keuring gebruiksfase

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 19. Certificaat van goedkeuring

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 20. Weigering, schorsing, wijziging of intrekking certificaat van goedkeuring

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 21. Liftenboek

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 22. Staat van onderhoud lift

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 23. Gebruik lift

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 24. Veiligheid lift

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 25. Buiten werking stellen lift

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 26. Criteria voor aanwijzing als NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie

  • 1 Als NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie kunnen worden aangewezen de instellingen die voldoen aan de volgende eisen:

    • a. artikel 25, tweede, derde, vierde, vijfde, zevende, achtste en negende lid, van de richtlijn;

    • b. zij zijn in staat alle conformiteitsbeoordelingstaken te verrichten waarvoor zij aangewezen zijn, ongeacht of deze taken door henzelf of namens hen en onder hun verantwoordelijkheid worden verricht;

    • c. hun medewerkers zijn gebonden aan het beroepsgeheim ten aanzien van alle informatie waarvan zij kennisnemen bij de uitoefening van hun wettelijke taken, behalve ten opzichte van de bevoegde autoriteiten;

    • d. zij beschikken over een registratiesysteem waarin de gegevens die samenhangen met en betrekking hebben op het verrichten van de conformiteitsbeoordelingstaken waarvoor zij aangewezen willen worden, naar behoren worden vastgelegd; en

    • e. zij hebben een schemabeheerder voor het ontwikkelen, onderhouden en publiekelijk en kosteloos toegankelijk maken van een schema, dat onverkort door hen wordt gebruikt. De schemabeheerder houdt naar behoren rekening met de belangen van alle partijen die belang hebben bij het schema, zonder dat één van de belangen de overhand heeft.

  • 2 Indien er meerdere NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties zijn aangewezen:

    • a. nemen zij deel aan het door hen gezamenlijk te organiseren overleg ten einde te komen tot het geharmoniseerd verrichten van de conformiteitsbeoordelingstaken waarvoor zij zijn aangewezen;

    • b. wijzen zij een schemabeheerder aan voor het opstellen, onderhouden en publiekelijk en kosteloos toegankelijk maken van een gezamenlijk schema, dat onverkort door hen wordt gebruikt;

    • c. hanteren zij de in het overleg genomen administratieve beslissingen en opgestelde documenten als algemene richtsnoeren; en

    • d. zorgen zij ervoor dat hun medewerkers die de conformiteitsbeoordelingstaken verrichten, op de hoogte zijn van de activiteiten, administratieve beslissingen en opgestelde documenten van het overleg.

  • 3 NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties brengen Onze Minister op de hoogte van:

    • a. elke weigering, beperking, schorsing of intrekking van goedkeuringen;

    • b. omstandigheden die van invloed zijn op de werkingssfeer van of de voorwaarden voor aanwijzing;

    • c. informatieverzoeken over conformiteitsbeoordelingsactiviteiten die zij van Onze Minister ontvangen; en

    • d. op verzoek, de binnen de werkingssfeer van hun aanwijzing verrichte conformiteitsbeoordelingsactiviteiten en andere activiteiten waaronder uitbesteding.

  • 4 NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties verstrekken de andere uit hoofde van dit besluit aangewezen NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties die soortgelijke conformiteitsbeoordelingsactiviteiten voor liften verrichten, relevante informatie over negatieve conformiteitsbeoordelingsresultaten, en, op verzoek, over positieve conformiteitsbeoordelingsresultaten.

  • 5 Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot dit artikel.

Artikel 27. Uitbesteden taken

  • 1 Indien NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties conformiteitsbeoordelingstaken uitbesteden of door een dochteronderneming laten uitvoeren, waarborgen zij dat de onderaannemer of dochteronderneming aan de eisen, bedoeld in artikel 26, eerste, tweede en derde lid, voldoet en brengen zij Onze Minister hiervan op de hoogte.

  • 2 NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties nemen de volledige verantwoordelijkheid op zich voor de conformiteitsbeoordelingstaken die worden verricht door een onderaannemer of dochteronderneming.

  • 3 NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties zorgen ervoor dat de activiteiten van een onderaannemer of dochteronderneming geen afbreuk doen aan de vertrouwelijkheid, objectiviteit en onpartijdigheid van de door henzelf te verrichten conformiteitsbeoordelingstaken.

  • 4 Conformiteitsbeoordelingstaken mogen uitsluitend met instemming van de klant worden uitbesteed of door een dochteronderneming worden verricht.

  • 5 NL-conformiteitsbeoordelingsinstanties houden alle relevante documenten betreffende de beoordeling van de kwalificaties van een onderaannemer of dochteronderneming en betreffende de door een onderaannemer of dochteronderneming uit hoofde van dit besluit verrichte conformiteitsbeoordelingstaken ter beschikking van Onze Minister.

Artikel 28. Aanwijzingsprocedure

  • 1 De instelling, bedoeld in artikel 26, dient de aanvraag tot aanwijzing in bij Onze Minister.

  • 2 Een NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie toont aan dat zij voldoet aan de criteria, genoemd in de artikelen 26, eerste, tweede, derde en vierde lid, en 27 door middel van een accreditatie tegen de van toepassing zijnde geharmoniseerde normen of delen daarvan, mits die normen de eerdergenoemde eisen dekken en de referentienummers van die normen in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

  • 3 Indien de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie geen bewijs van accreditatie kan overleggen, verschaft zij Onze Minister alle bewijsstukken die nodig zijn om aan te tonen dat zij voldoet aan de criteria, genoemd in het tweede lid.

  • 4 Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de indiening van de aanvraag en de afhandeling van de aanvraag.

Artikel 29. Weigering, schorsing, wijziging of intrekking van een aanwijzing

  • 2 Een aanwijzing kan worden geschorst, ten nadele van de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie worden gewijzigd of ingetrokken:

    • a. op grond van door de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie verstrekte onjuiste inlichtingen over feiten of omstandigheden, mits de onjuistheid daarvan aan de instelling bekend was of kon zijn;

    • b. indien de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie niet voldoet aan het bepaalde bij of krachtens de artikelen 26, eerste, tweede, derde, vierde en vijfde lid, en 27; of

    • c. indien de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie haar wettelijke verplichtingen niet naar behoren nakomt of de taken waarvoor zij is aangewezen, niet naar behoren uitvoert.

Artikel 30. Periodieke controle

  • 1 Tijdens de looptijd van de aanwijzing stelt Onze Minister periodiek vast of de instelling:

  • 2 Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld betreffende het kosteloos gegevens en inlichtingen verstrekken door de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie aan Onze Minister of de nationale accreditatie-instantie dan wel door Onze Minister of de nationale accreditatie-instantie aan de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie, die zijn verkregen door de uitvoering of het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wet, welke noodzakelijk zijn voor de uitvoering van hun wettelijke taken.

  • 3 Een NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie die haar taken waarvoor zij is aangewezen, beëindigt, of waarvan de aanwijzing door Onze Minister wordt ingetrokken, is verplicht tijdig voorafgaand aan de beëindiging van de werkzaamheden respectievelijk de datum, waarop de aanwijzing eindigt, haar dossiers over te dragen aan een andere NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie waarmee de marktdeelnemer een overeenkomst is aangegaan. Indien er geen andere NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie is, draagt de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie de dossiers over aan Onze Minister.

Hoofdstuk 4. Overige bepalingen

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Hoofdstuk 5. Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 34. Overgangsbepaling liften en veiligheidscomponenten algemeen

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 35. Overgangsbepaling liften die vóór 16 augustus 1991 in bedrijf zijn gesteld

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 36. Overgangsbepaling liften tussen 16 augustus 1991 en 1 juli 1997 in bedrijf gesteld

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 37. Overgangsbepaling liften tussen 16 augustus 1991 en 1 juli 1999 in bedrijf gesteld

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 38. Overgangsbepaling liften voor 1 juli 1999 in de handel gebracht en in bedrijf gesteld

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 39. Overgangsbepaling veiligheidscomponenten voor 1 juli 1999 in de handel gebracht en in bedrijf gesteld

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 40. Overgangsbepaling aangewezen instellingen

De aanwijzing als aangewezen instelling op verzoek als bedoeld in artikel 23 van het Warenwetbesluit liften, afgegeven op grond van de wet en geldend op de dag voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding, genoemd in artikel 42, eerste lid, van dit besluit, wordt geacht te zijn afgegeven met inachtneming van de bij of krachtens dit besluit gestelde bepalingen, onverminderd het bepaalde bij of krachtens de artikelen 28, 29 en 30.

Artikel 41. Intrekking Warenwetbesluit liften

[Treedt in werking op 20-04-2016]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel 42. Inwerkingtreding

  • 1 De artikelen 1, 12, 13, 14, 15, 26, 27, 28, 29, 30 en 40 van dit besluit treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 43. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Warenwetbesluit liften 2016.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 17 februari 2016

Willem-Alexander

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

L.F. Asscher

Uitgegeven de drieëntwintigste februari 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie,

G.A. van der Steur

Naar boven