Besluit tarieven rechtstreekse betalingen 2015

[Regeling vervallen per 01-01-2023.]
Geraadpleegd op 03-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 30-08-2022 en zichtdatum 21-05-2024.
Geldend van 01-02-2016 t/m 31-12-2022

Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 14 december 2015, nr. WJZ/15170444 met betrekking tot de tarieven rechtstreekse betalingen 2015

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op:

  • de artikelen 7, eerste lid, tweede alinea, 25, achtste lid, tweede alinea, 26, derde lid, tweede alinea, 30, achtste lid, 43, negende lid, derde alinea, 50, achtste lid, van Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad (PbEU L347):

  • artikel 12 tweede lid, derde alinea van Verordening (EU) nr. 639/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees parlement en de Raad tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot wijziging van bijlage X bij die verordening (PbEU L181), en

  • de artikelen 2.1, derde lid en 2.21, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB.

Besluit:

Enig artikel

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Vastgesteld worden de navolgende tarieven, waardes, percentages en betalingen:

A. Basiswaarde betalingsrechten

  • 1. Het vaste percentage van de waarde van de betalingsrechten, bedoeld in artikel 26 derde lid, tweede alinea van Verordening (EU) nr. 1307/2013, bedraagt 64,773%.

  • 2. De nationale gemiddelde waarde, bedoeld in artikel 30, achtste lid van Verordening (EU) nr. 1307/2013, bedraagt € 288,983 in 2015.

  • 3. De stappen voor de jaarlijkse geleidelijke wijziging van de waarde, bedoeld in artikel 25, achtste lid, 2e alinea van Verordening (EU) nr. 1307/2013, worden als volgt vastgesteld:

    Voor 2016 is deze 482.243.350 / 490.463.800 = 98,324% ten opzichte van 2015

    Voor 2017 is deze 474.021.096 / 490.463.800 = 96,647% ten opzichte van 2015

    Voor 2018 is deze 466.281.187 / 490.463.800 = 95,069% ten opzichte van 2015

    Voor 2019 is deze 458.541.278 / 490.463.800 = 93,491% ten opzichte van 2015

B. Vergroeningspercentage

Het percentage, bedoeld in artikel 43, negende lid, derde alinea, van Verordening (EU) nr. 1307/2013, bedraagt 43,310.

C. Tarief Betaling Jonge Landbouwers

Het bedrag van de betaling, bedoeld in artikel 2.21, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB bedraagt € 99,351 per hectare.

D. Plafondkorting betaling jonge landbouwers

Voor de betaling voor jonge landbouwers is een plafond beschikbaar van € 14.968.000. Om dit plafond te respecteren wordt een lineaire korting vastgesteld van 46,692% op het bedrag dat is vastgesteld overeenkomstig artikel 2.21 eerste lid, van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB.

E. Netto Plafondkorting

De lineaire verlaging, bedoeld in artikel 2.1, derde lid, van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB bedraagt 0,728% voor aanvragen gedaan in 2015.

F. Gemiddeld steunbedrag voor nieuwe landbouwers

Het gemiddelde steunbedrag voor het jaar 2014, bedoeld in artikel 12, tweede lid, derde alinea van Verordening (EU) nr. 639/2014, wordt vastgesteld op € 455,506 per hectare.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 14 december 2015

De

Staatssecretaris

van Economische Zaken,

M.H.P. van Dam

Naar boven