Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2021. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 16-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 29-04-2024 en zichtdatum 29-04-2024.
Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Wet van 14 maart 2020 tot wijziging van de Omgevingswet en enkele andere wetten vanwege opname in de Omgevingswet van regels over het vestigen van een voorkeursrecht, regels over onteigening, bijzondere regels voor het inrichten van gebieden en, met het oog op verschillende typen gebiedsontwikkelingen, een verdere aanpassing van de regels over kostenverhaal (Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is om, mede gelet op internationaalrechtelijke verplichtingen en de artikelen 14 en 21 van de Grondwet, de Omgevingswet aan te vullen met regels over regulering en ontneming van eigendom, regels voor het inrichten van gebieden en regels over kostenverhaal;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk 2. Wijziging van andere wetten

Artikel 2.5. (Kadasterwet)

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2021. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Kadasterwet.]

Artikel 2.10. (Wet op de economische delicten)

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2020. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Wet op de economische delicten.]

Hoofdstuk 4. Overgangsrecht

Artikel 4.1. (besluiten tot aanwijzing van gronden, rechtsgedingen en schadevergoeding Wet voorkeursrecht gemeenten)

  • 1 Als voor de inwerkingtreding van deze wet op basis van de Wet voorkeursrecht gemeenten een besluit tot voorlopige aanwijzing van gronden of een besluit tot aanwijzing van gronden is genomen, blijft het oude recht van toepassing tot het besluit onherroepelijk wordt.

  • 3 Als voor de inwerkingtreding van deze wet een rechtsgeding met betrekking tot een op basis van de Wet voorkeursrecht gemeenten onherroepelijk gevestigd voorkeursrecht aanhangig is, blijft het oude recht van toepassing tot het rechtsgeding onherroepelijk is afgerond.

  • 4 Als voor de inwerkingtreding van deze wet een vordering tot schadevergoeding op grond van artikel 25 van de Wet voorkeursrecht gemeenten bij de gemeente, de provincie of de Staat is ingediend, blijft het oude recht van toepassing tot het tijdstip waarop een vonnis over die vordering in kracht van gewijsde is gegaan en, bij toewijzing van die vordering, de schade volledig is vergoed.

Artikel 4.2. (gelijkstelling voorkeursrechten Wvg)

Artikel 4.3. (registratie voorkeursrechten)

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2020. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Dit artikel treedt niet meer in werking. Het artikel is ingetrokken door Stb. 2023/376.]

[Red: Vervallen.]

Artikel 4.4. (procedures onteigeningswet)

  • 2 Als voor de inwerkingtreding van deze wet een rechtsgeding met betrekking tot een voltooide onteigening op grond van de onteigeningswet aanhangig is, blijft het oude recht van toepassing tot het tijdstip waarop het vonnis kracht van gewijsde heeft gekregen en ten uitvoer is gebracht.

Artikel 4.4a. (overgangsrecht onteigening tijdelijk deel omgevingsplan)

Als onteigening plaatsvindt vanwege een besluit dat op grond van artikel 4.6, eerste lid, onder a, b, c, g, h, i, j, k of l, van de Invoeringswet Omgevingswet geldt als deel van het omgevingsplan, is van onteigening als bedoeld in artikel 11.6, onder a, van de Omgevingswet ook sprake als de bestaande vorm van ontwikkeling, gebruik of beheer niet is uitgesloten.

Artikel 4.5. (overgangsrecht inrichting gebieden)

Artikel 4.6. (overgangsrecht inrichting gebieden)

  • 3 In afwijking van het eerste lid vervalt een inrichtingsplan voor zover dat voorziet in de toewijzing en regeling van het beheer en onderhoud van waterlopen, dijken of kaden met de daartoe behorende kunstwerken, bedoeld in artikel 28, onder b, van de Wet inrichting landelijk gebied, op het tijdstip waarop deze wet in werking treedt.

Artikel 4.7. (overgangsrecht inrichting gebieden)

Artikel 4.8. (schade gedoogplicht inrichting en onteigening)

Als voor de inwerkingtreding van deze wet schade is ontstaan als gevolg van een gedoogplicht als bedoeld in:

blijft het oude recht van toepassing op een vordering tot schadevergoeding die is gedaan binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van de wet en bij toewijzing van die vordering, tot de schade volledig is vergoed.

Artikel 4.9. (financiële bijdragen voor ontwikkelingen van een gebied)

Zolang nog geen gemeentelijke omgevingsvisie als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Omgevingswet is vastgesteld, kan het college van burgemeester en wethouders in een overeenkomst als bedoeld in artikel 13.22, eerste lid, van de Omgevingswet ook bepalingen opnemen over financiële bijdragen voor ontwikkelingen van een gebied op basis van een structuurvisie als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening.

Hoofdstuk 5. Slotbepalingen

Artikel 5.1. (inwerkingtreding)

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende hoofdstukken, artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 14 maart 2020

Willem-Alexander

De Minister voor Milieu en Wonen,

S. van Veldhoven-van der Meer

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C.J. Schouten

De Minister voor Rechtsbescherming,

S. Dekker

Uitgegeven de negende april 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

Naar boven