Regeling bevordering schone wegvoertuigen

Geraadpleegd op 14-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2024 en zichtdatum 29-04-2024.
Geldend van 04-11-2021 t/m heden

Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 8 oktober 2021, nr. IENW/BSK-2021/265234, houdende regels ter bevordering van schone wegvoertuigen ter ondersteuning van emissiearme mobiliteit (Regeling bevordering schone wegvoertuigen)

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op richtlijn (EU) 2019/1161 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/33/EG inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen (PbEU 2019, L188) en artikel 9.6.1 juncto artikel 21.6, zesde lid, van de Wet milieubeheer;

BESLUIT:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • aanbestedende dienst: aanbestedende dienst als bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012;

  • elektronisch systeem voor aanbestedingen: elektronisch systeem voor aanbestedingen als bedoeld in artikel 4.13 van de Aanbestedingswet 2012;

  • emissievrij zwaar bedrijfsvoertuig: schoon voertuig zonder interne verbrandingsmotor, of met een interne verbrandingsmotor met emissies van minder dan 1 g CO2/kWh als gemeten in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 595/2009 en de uitvoeringsbepalingen daarvan, of met emissies van minder dan 1 g CO2/km als gemeten in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 715/2007 en de uitvoeringsbepalingen daarvan;

  • licht bedrijfsvoertuig: voertuig van categorie M1, M2, of N1 als bedoeld in artikel 4 van Verordening 2018/858;

  • overheidsopdracht: overheidsopdracht als bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012;

  • Richtlijn 2009/33: Richtlijn 2009/33/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen (PbEU 2009, L 120);

  • Richtlijn 2014/94: Richtlijn 2014/94/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen (PbEU 2014, L 307);

  • Richtlijn 2018/2001: Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (PbEU 2018, L 328);

  • Richtlijn 2019/1161: Richtlijn (EU) 2019/1161 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/33/EG inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen (PbEU 2019, L 188);

  • schoon voertuig:

    • a. licht bedrijfsvoertuig met een maximale uitlaatemissie, uitgedrukt in gram CO2/km, en verontreinigende emissies in echte rijomstandigheden die lager zijn dan een percentage van de in tabel 2 van de bijlage bij Richtlijn 2009/33/EG vastgestelde toepasselijke emissiegrenzen, of

    • b. zwaar bedrijfsvoertuig dat alternatieve brandstoffen gebruikt als gedefinieerd in artikel 2, punten 1 en 2, van Richtlijn 2014/94, met uitzondering van brandstoffen geproduceerd met grondstoffen met een hoog risico op indirecte veranderingen in landgebruik waarvoor een belangrijke uitbreiding van het productiegebied naar land met hoge koolstofvoorraden waar te nemen valt in overeenstemming met artikel 26 van Richtlijn 2018/2001. In het geval van voertuigen die vloeibare biobrandstoffen, synthetische brandstoffen en paraffinehoudende brandstoffen gebruiken, mogen die brandstoffen niet worden gemengd met conventionele fossiele brandstoffen;

  • speciale-sector bedrijf: speciale-sector bedrijf als bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012;

  • speciale-sector opdracht: speciale-sector opdracht als bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1780: Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1780 van de Commissie van 23 september 2019 tot vaststelling van standaardformulieren voor de bekendmaking van aankondigingen op het gebied van overheidsopdrachten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1986 (PbEU 2019, L272);

  • Verordening nr. 595/2009: Verordening (EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen en motoren met betrekking tot emissies van zware bedrijfsvoertuigen (Euro VI) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 715/2007 en Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 80/1269/EEG en 2005/78/EG (PbEU 2009, L 188);

  • Verordening nr. 661/2009: Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende typegoedkeuringsvoorschriften voor de algemene veiligheid van motorvoertuigen, aanhangwagens daarvan en daarvoor bestemde systemen, onderdelen en technische eenheden (PbEU 2009, L 200);

  • Verordening nr. 715/2007: Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen-en bedrijfsvoertuien (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie-en onderhoudsinformatie (PbEU 2007, L 171);

  • Verordening nr. 1370/2007: Verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad (PbEU 2007, L 315);

  • Verordening 2018/858: Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 715/2007 en (EG) nr. 595/2009 en tot intrekking van Richtlijn 2007/46/EG (PbEU 2018, L 151);

  • wegvoertuig: voertuig van categorie M of N als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, onderscheidenlijk b, van Verordening 2018/858;

  • zwaar bedrijfsvoertuig: voertuig van categorie N2, N3, of M3 als bedoeld in artikel 4 van Verordening 2018/858;

Artikel 2

  • 1 Deze regeling is van toepassing op overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten die onder de Aanbestedingswet 2012 vallen en plaatsvinden door middel van:

    • a. overeenkomsten voor de aankoop, leasing, huur of huurkoop van wegvoertuigen gegund door aanbestedende diensten of speciale-sector bedrijven;

    • b. openbare dienstencontracten als bedoeld in Verordening nr. 1370/2007, en

    • c. dienstencontracten als bedoeld in tabel 1 van de bijlage bij Richtlijn 2019/1161.

  • 2 Voor deze overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten geldt dat een aankondiging is verzonden na 2 augustus 2021 of, in gevallen waarin niet in aankondiging is voorzien, waarvoor de aanbestedende dienst of het speciale-sector bedrijf de procedure voor het plaatsen van de overheidsopdracht of speciale-sector opdracht na die datum is begonnen.

  • 3 Deze regeling is niet van toepassing op overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten van:

    • a. voertuigen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdelen a, b, en c, en derde lid, onderdeel c, van Verordening 2018/858;

    • b. voertuigen van categorie M3, met uitzondering van voertuigen van klasse I en klasse A, als bedoeld in artikel 3, punten 2 en 3, van Verordening nr. 661/2009;

Artikel 3

Voor de periode van 2 augustus 2021 tot en met 31 december 2025 geldt dat:

  • a. deze regeling niet van toepassing is op:

    • 1°. voertuigen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, en derde lid, onderdelen a en b, van Verordening 2018/858; en

    • 2°. voertuigen als bedoeld in de punten 5.2 tot en met 5.5 en 5.7 van deel A van Bijlage I bij Verordening 2018/858; en

  • b. aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven zich bij het plaatsen van overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten voor lichte bedrijfsvoertuigen en diensten, houden aan het voor Nederland vastgestelde minimumstreefcijfer in de eerste kolom van tabel 3 van de bijlage bij Richtlijn 2019/1161;

  • c. aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven zich bij het plaatsen van overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten voor zware bedrijfsvoertuigen en diensten, houden aan de voor Nederland bepaalde minimumstreefcijfers in de eerste en derde kolom van tabel 4 van de bijlage bij Richtlijn 2019/1161.

Artikel 4

Voor de periode van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2030 geldt dat:

  • a. aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven zich bij het plaatsen van overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten voor lichte bedrijfsvoertuigen en diensten houden aan het voor Nederland bepaalde minimumstreefcijfer in de tweede kolom van tabel 3 van de bijlage bij Richtlijn 2019/1161;

  • b. aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven zich bij het plaatsen van overheidsopdrachten en speciale-sector opdrachten voor zware bedrijfsvoertuigen en diensten, houden aan de voor Nederland bepaalde minimumstreefcijfers in de tweede en vierde kolom van tabel 4 van de bijlage bij Richtlijn 2019/1161.

Artikel 5

  • 1 Tot het moment dat de Minister van Economische Zaken en Klimaat ter uitvoering van Uitvoeringsverordening EU 2019/1780 vastgestelde formulieren beschikbaar stelt door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen, nemen aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven in de aankondiging van de overheidsopdracht per voertuigcategorie op:

    • a. het totale aantal voertuigen dat wordt aanbesteed;

    • b. het aantal schone voertuigen dat wordt aanbesteed;

    • c. het aantal emissievrije zware bedrijfsvoertuigen dat wordt aanbesteed.

  • 2 Aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven kunnen ook aan het eerste lid voldoen door veld VI.3, Nadere inlichtingen, van het formulier ‘aankondiging van de gegunde opdracht’ in het elektronisch systeem voor aanbestedingen in te vullen met de gegevens, bedoeld in het eerste lid.

  • 3 Vanaf het moment dat de Minister van Economische Zaken en Klimaat ter uitvoering van Uitvoeringsverordening EU 2019/1780 vastgestelde formulieren beschikbaar stelt door middel van het elektronische systeem voor aanbestedingen, nemen de aanbestedende diensten en speciale-sector bedrijven in deze formulieren bij de velden met betrekking tot Richtlijn 2009/33/EG de gegevens, bedoeld in het eerste lid, op.

Artikel 7

Een wijziging van richtlijn 2019/1161 of van de daarbij behorende bijlage gaat voor de toepassing van deze regeling gelden met ingang van de dag waarop aan de betrokken wijziging uitvoering moet zijn gegeven, tenzij bij ministerieel besluit, dat in de Staatscourant wordt bekend gemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.

Artikel 8

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 2 augustus 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

S.P.R.A. van Weyenberg

Naar boven