Beleidsregels diplomatieke en dienstpaspoorten

Geraadpleegd op 15-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2024 en zichtdatum 29-04-2024.
Geldend van 29-12-2022 t/m heden

Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 16 december 2022, nr. Min-BuZa.2022.14731-25, houdende beleidsregels voor de verstrekking en het gebruik van diplomatieke en dienstpaspoorten (Beleidsregels diplomatieke en dienstpaspoorten)

De Minister van Buitenlandse Zaken;

Gelet op artikel 10 van de Paspoortwet en artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

Artikel I. Beleidsregels

Voor de verstrekking en het gebruik van diplomatieke en dienstpaspoorten op grond van artikel 10 van de Paspoortwet gelden de beleidsregels, bedoeld in de bijlage bij dit besluit.

Artikel II. Intrekken oude beleidsregels

Het besluit van 31 juli 2007, kenmerk DCZ 016/07, houdende beleidsregels voor de verstrekking en het gebruik van diplomatieke en dienstpaspoorten (Beleidsregels diplomatieke en dienstpaspoorten), wordt ingetrokken.

Artikel III. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

W.B. Hoekstra

Bijlage Beleidsregels voor verstrekking en gebruik diplomatiek of dienstpaspoort (bijlage bij artikel I)

Definitie- en algemene bepalingen:

  • De Nederlandse nationaliteit is een voorwaarde voor de afgifte van een dienstpaspoort of diplomatiek paspoort.

  • Aanvragen worden uitsluitend ingediend via de voorgeschreven procedure.

  • Het is niet toegestaan gebruik te maken van het diplomatieke of dienstpaspoort voor privéreizen, met uitzondering van de personen, bedoeld in artikel 1.

  • Definitie gezinsleden: Onder gezinsleden wordt verstaan de huwelijkspartner, geregistreerd partner of de partner met wie een samenlevingscontract gesloten is. Daarnaast vallen onder gezinsleden minderjarige kinderen en meerderjarige kinderen tot de leeftijd van 25 jaar die van hun ouders afhankelijk zijn.

  • De geldigheidsduur van een dienstpaspoort of diplomatiek paspoort is afhankelijk van de duur van de dienstopdracht of plaatsing, met een maximale geldigheidsduur van 10 jaar.

Artikel 1. Diplomatiek paspoort leden Koninklijk Huis en diplomaten

Diplomatieke paspoorten geldig voor alle landen worden verstrekt aan:

  • a. de leden van het Koninklijk Huis;

  • b. personen die zijn uitgezonden door of onder verantwoordelijkheid van de Minister van Buitenlandse Zaken en al dan niet voor korte duur werkzaam zijn op een vertegenwoordiging van het Koninkrijk in het buitenland en aan hun gezinsleden.

Artikel 2. Diplomatiek paspoort overige functionarissen

Diplomatieke paspoorten geldig voor alle landen worden ook verstrekt aan:

  • a. de Minister-President, de voorzitters van de Eerste Kamer en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en de voorzitters van de Staten van Curaçao, Sint Maarten en Aruba;

  • b. de ministers en de staatssecretarissen van Nederland, Curaçao, Sint Maarten en Aruba en de gevolmachtigde ministers van Curaçao, Sint Maarten en Aruba en hun plaatsvervangers;

  • c. de leden van de Staten-Generaal van Nederland, de leden van de Staten van Curaçao, Sint Maarten en Aruba en de Nederlandse leden van het Europees parlement, voor zover zij naar landen met veiligheidsrisico’s moeten reizen;

  • d. de bij koninklijke beschikking benoemde leden van de Hofhouding van Zijne Majesteit de Koning, alsmede de Adjudant-Generaal tevens Chef Militaire Huis en de adjudanten van Zijne Majesteit de Koning;

  • e. de ministers van Staat, de vicepresident van de Raad van State, de directeur van het Kabinet van de Koning, de gouverneurs van Curaçao, Sint Maarten en Aruba en de commissarissen van de Koning;

  • f. de president van de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de leden van de Raad van State, de president van de Hoge Raad, de procureur-generaal bij de Hoge Raad, de secretarissen-generaal van de ministeries, de (plaatsvervangend) directeuren van de kabinetten van de gouverneurs van Curaçao, Sint Maarten en Aruba en de adjudanten van de Gouverneurs van Curaçao, Sint Maarten en Aruba;

  • g. de personen die in Nederland bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn geplaatst of gedetacheerd, de in Willemstad geplaatste ambtenaren van de Directie Buitenlandse Betrekkingen van Curaçao, de in Philipsburg geplaatste ambtenaren van de Directie Buitenlandse Betrekkingen van Sint Maarten en de in Oranjestad geplaatste ambtenaren van de Dienst Buitenlandse Betrekkingen van Aruba, voor zover zij uit hoofde van de functie, regelmatig, of incidenteel, onder bijzondere omstandigheden, naar landen met veiligheidsrisico’s moeten reizen;

  • h. andere personen die, of op grond van hun functie volgens internationaal gebruik, of om andere gewichtige redenen voor verstrekking van een diplomatiek paspoort in aanmerking komen.

Artikel 3. Dienstpaspoort

Dienstpaspoorten geldig voor alle landen worden verstrekt aan:

  • a. de leden, niet genoemd in artikel 2, eerste lid, onder d, van het Civiele Huis en van het Militaire Huis van Zijne Majesteit de Koning;

  • b. Rijksambtenaren die uit hoofde van hun functie en voor de werkzaamheden van de Staat der Nederlanden naar het buitenland reizen;

  • c. de functionarissen die door de rijksoverheid worden gedetacheerd of werkzaam zijn bij internationale organisaties en in beginsel gebruik dienen te maken van het reisdocument dat door de internationale organisatie wordt verstrekt. Alleen onder bijzondere omstandigheden kan het Ministerie van Buitenlandse Zaken een dienstpaspoort verstrekken;

  • d. de militairen en beveiligingsfunctionarissen die uit hoofde van hun functie en voor werkzaamheden voor de Staat der Nederlanden naar het buitenland reizen;

  • e. overige functionarissen die uit hoofde van hun functie en voor de werkzaamheden van de Staat der Nederlanden naar het buitenland reizen;

  • f. andere personen die, of op grond van hun functie volgens internationaal gebruik, of om andere gewichtige redenen voor verstrekking van een dienstpaspoort in aanmerking komen.

Artikel 4. Verstrekken en inhouden diplomatiek of dienstpaspoort

  • 1. Een diplomatiek of dienstpaspoort wordt alleen verstrekt als de aanvrager beschikt over een geldig reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden of een Nederlandse identiteitskaart.

  • 2. De Minister van Buitenlandse Zaken kan vaststellen dat er aanspraak is op plaatsing van een dienstpaspoortclausule in een nationaal paspoort, waardoor dat paspoort tijdelijk de status van een dienstpaspoort krijgt.

  • 3. De Minister van Buitenlandse Zaken kan het diplomatieke of dienstpaspoort inhouden, als de houder de voorwaarden voor het gebruik hiervan niet naleeft.

Artikel 5. Inleveren diplomatiek of dienstpaspoort

De houder levert het diplomatiek of dienstpaspoort direct in bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken of de Gouverneur op Aruba, Curaçao of Sint Maarten, wanneer de geldigheidsduur hiervan is verstreken of de grond voor de verstrekking hiervan is vervallen.

Artikel 6. Overgangsrecht

Diplomatieke of dienstpaspoorten in het bezit van personen die na inwerkingtreding van deze beleidsregels niet meer in aanmerking komen voor een diplomatiek of dienstpaspoort, blijven geldig tot het verstrijken van de geldigheidsduur van het reisdocument.

Naar boven