Artikel 5. Prestatiebeschrijvingen en tarieven
1. Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten
-
a.
Prestatiestructuur
Het leveren van geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose
(infectie) en infectieziekten. Hierbij kan sprake zijn van de noodzaak tot verwijzen,
diagnosticeren, behandelen en begeleiden (ook) met het oog op het bevorderen van de
therapietrouw. De zorg kan enkel op consultbasis worden gedeclareerd en kent de volgende
prestatiestructuur:
-
• Consult korter dan 20 minuten;
-
• Consult 20 minuten of langer;
-
• Visite korter dan 20 minuten;
-
• Visite 20 minuten of langer;
-
• Telefonisch consult;
-
• Vaccinatie.
-
b.
Begrenzing en beperking van de prestatie
Individuele zorg bij tuberculose (infectie) en infectieziektebestrijding kan alleen
gedeclareerd worden door gekwalificeerde en landelijke geregistreerde artsen. De Registratie
commissie Geneeskundig Specialisten (RGS) van de KNMG bepaalt daarbij de registratiecriteria.
-
c.
Tariefsoort en -hoogte
De onder artikel 5.1.a beschreven prestaties voor de behandeling van tuberculose en
infectieziektebestrijding door GGD artsen kennen maximumtarieven. Het maximumtarief
voor een consult korter dan 20 minuten is gelijkgesteld aan het basistarief dat geldt
voor incidentele en acute hulpverlening die een huisarts levert aan niet bij hem ingeschreven
verzekerden. Het maximumtarief voor de in de bovenstaande lijst genoemde overige prestaties
wordt vervolgens bepaald door het basistarief consult met de bijbehorende factor te
vermenigvuldigen.
Prestatie
|
Factor
|
Consult korter dan 20 minuten
|
1,0
|
Consult 20 minuten of langer
|
2,0
|
Visite korter dan 20 minuten
|
1,5
|
Visite 20 minuten of langer
|
2,5
|
Telefonisch consult
|
0,5
|
Vaccinatie
|
0,5
|
-
d. De aan de zorgaanbieder in rekening gebrachte laboratoriumkosten en entstoffen in
verband met vaccinatie kunnen enkel tegen kostprijs worden doorberekend. Aanvullend
diagnostisch onderzoek door de zorgaanbieder kan op basis van de regelgeving voor
medisch-specialistische zorg in rekening worden gebracht.
2. Preventieve voetzorg
a. Prestatiestructuur
Het leveren van preventieve voetzorg aan patiënten met een verhoogd risico op voetulcera,
vanwege verlies van protectieve sensibiliteit van de voeten, verminderde doorbloeding
van de voeten, verhoogde druk op de huid mogelijk in combinatie met een kwetsbare
huid, ten gevolge van een medische aandoening of een medische behandeling, zoals door
het Zorginstituut omschreven in het ‘Standpunt Voetzorg voor mensen met diabetes mellitus’
en ‘Notitie verduidelijking standpunt Voetzorg voor mensen met diabetes mellitus’.
Eveneens kan preventieve voetzorg worden geleverd aan patiënten met een verhoogd risico
op voetulcera, vanwege een voetulcus of amputatie in de voorgeschiedenis, een inactieve
Charcotvoet, eindstadium nierfalen of nierdialyse, zoals door het Zorginstituut omschreven
in het ‘Standpunt Voetzorg voor mensen met diabetes mellitus’ en ‘Notitie verduidelijking
standpunt Voetzorg voor mensen met diabetes mellitus’. De te declareren prestaties
omvatten het totaalpakket aan werkzaamheden, voor zover deze door het Zorginstituut
Nederland geduid zijn als geneeskundige zorg die ten laste van de basisverzekering
kan worden gebracht.
Preventieve voetzorg bij kent de volgende prestatiestructuur:
-
1.
Jaarlijks gerichte voetcontrole om te beoordelen of iemand met licht verhoogde risicovoeten
mogelijk wonden krijgt
Er is sprake van verlies van protectieve sensibiliteit (PS) of aanwijzingen voor perifeer
arterieel vaatlijden (PAV) zonder tekenen van lokaal verhoogde druk. De prestatie
omvat anamnese, voetonderzoek en risico-inventarisatie bij licht verhoogd risico op
voetulcera. Het tarief behorende bij deze prestatie is gebaseerd op een gemiddelde
inspanning per voetcontrole.
-
2.
Preventieve voetzorg om hoog risicovoeten zonder lokaal verhoogde druk te beschermen tegen het krijgen van wonden
Er is sprake van verlies van protectieve sensibiliteit (PS) in combinatie met aanwijzingen
voor perifeer arterieel vaatlijden (PAV) zonder tekenen van lokaal verhoogde druk.
De prestatie omvat het volgende totaalpakket aan werkzaamheden bij hoog risico op
voetulera:
-
• jaarlijkse voetcontrole, bestaande uit anamnese, voetonderzoek en risicoinventarisatie;
-
• meer frequent gericht voetonderzoek, inclusief de daaruit volgende diagnostiek en
behandeling van risicofactoren zoals huid- en nagelproblemen en voetvorm- en standsafwijkingen
bij patiënten met een verhoogd risico op ulcera;
-
• behandeling van risicofactoren bij patiënten met een hoog risico op ulcera;
-
• educatie en initiëren van aanpassing van leefstijlfactoren als onderdeel van de behandelcyclus;
-
• advisering over adequaat schoeisel en/of advisering over andere hulpmiddelen.
Het tarief behorende bij deze prestatie is gebaseerd op een gemiddelde jaarlijkse
inspanning.
-
3.
Preventieve voetzorg om hoog risicovoeten met lokaal verhoogde druk te beschermen tegen het krijgen van wonden
Er is sprake van:
-
– aanwijzingen voor perifeer arterieel vaatlijden (PAV) in combinatie met tekenen van
lokaal verhoogde druk. Of;
-
– verlies van protectieve sensibiliteit (PS) in combinatie met tekenen van lokaal verhoogde
druk. Of;
-
– verlies van PS in combinatie met aanwijzigngen voor PAV en tekenen van lokaal verhoogde
druk.
De prestatie omvat het volgende totaalpakket aan werkzaamheden bij hoog risico op
voetulcera:
-
• jaarlijkse voetcontrole, bestaande uit anamnese, voetonderzoek en risicoinventarisatie;
-
• meer frequent gericht voetonderzoek, inclusief de daaruit volgende diagnostiek en
behandeling van risicofactoren zoals huid- en nagelproblemen en voetvorm- en standsafwijkingen
bij patiënten met een verhoogd risico op ulcera;
-
• behandeling van risicofactoren bij patiënten met een hoog risico op ulcera;
-
• educatie en initiëren van aanpassing van leefstijlfactoren als onderdeel van de behandelcyclus;
-
• advisering over adequaat schoeisel en/of advisering over andere hulpmiddelen.
Het tarief behorende bij deze prestatie is gebaseerd op een gemiddelde jaarlijkse
inspanning.
-
4.
Preventieve voetzorg om zeer hoog risicovoeten te beschermen tegen het (opnieuw) krijgen
van wonden
Er is sprake van:
-
– voetulcus of amputatie in de voorgeschiedenis. Of;
-
– inactieve Charcot-voet. Of;
-
– eindstadium nierfalen (eGFR < 15ml/min) of nierdialyse.
De prestatie omvat het volgende totaalpakket aan werkzaamheden bij een sterk verhoogd
risico op voetulcera:
-
• jaarlijkse voetcontrole, bestaande uit anamnese, voetonderzoek en risicoinventarisatie;
-
• meer frequent gericht voetonderzoek, inclusief de daaruit volgende diagnostiek en
behandeling van risicofactoren zoals huid- en nagelproblemen en voetvorm- en standsafwijkingen
bij patiënten met een sterk verhoogd risico op ulcera;
-
• behandeling van risicofactoren bij patiënten met een sterk verhoogd risico op ulcera;
-
• educatie en initiëren van aanpassing van leefstijlfactoren als onderdeel van de behandelcyclus;
-
• advisering over adequaat schoeisel en/of advisering over andere hulpmiddelen.
Het tarief behorende bij deze prestatie is gebaseerd op een gemiddelde jaarlijkse
inspanning.
-
5.
Toeslag voor zorg aan huis
In het geval de zorgaanbieder de patiënt thuis behandelt vanwege de gezondheidstoestand
van de patiënt, kan een toeslag voor zorg aan huis in rekening worden gebracht ter
compensatie van tijd en reiskosten, indien aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
-
• De behandeling vindt bij de patiënt thuis, niet zijnde een instelling als bedoeld
in de Wet toelating zorginstellingen, plaats;
-
• De toeslag kan per patiënt per dag slechts eenmaal in rekening worden gebracht tenzij
er een medische noodzaak is de patiënt meerdere keren op één dag te behandelen en
er dan ook meerdere keren reistijd en reiskosten gemaakt worden.
-
6.
Toeslag voor zorg in een instelling
In het geval de zorgaanbieder de patiënt, vanwege de gezondheidstoestand van de patiënt,
in een instelling als bedoeld in de Wet toelating zorginstellingen behandelt, kan een toeslag voor zorg in een instelling in rekening worden gebracht
ter compensatie van tijd en reiskosten indien aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
-
• De behandeling vindt in een instelling als bedoeld in de Wet toelating zorginstellingen plaats;
-
• De toeslag kan per patiënt per dag slechts eenmaal in rekening worden gebracht tenzij
er een medische noodzaak is de patiënt meerdere keren op één dag in een instelling
te behandelen en er dan ook meerdere keren reistijd en reiskosten gemaakt worden;
-
• Deze prestatie mag alleen in rekening worden gebracht wanneer er daadwerkelijk reistijd
en reiskosten naar de instelling gemaakt worden voor behandeling van de patiënt.
b. Begrenzing en beperking van de prestatie
De prestaties in artikel 5.2.a kunnen enkel in rekening worden gebracht indien de
zorg geen onderdeel uitmaakt van een integraal bekostigde zorgketen diabetes mellitus, zoals
beschreven in de Beleidsregel huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg, maar zorginhoudelijk
wel voldoet aan de voorwaarden van die beleidsregel.
De prestaties kunnen enkel in rekening worden gebracht indien het totaalpakket aan
werkzaamheden zoals beschreven in artikel 5.2.a onder verantwoordelijkheid van de
declarerende zorgaanbieder wordt of kan worden geleverd. De declarerende zorgaanbieder
fungeert daarbij als hoofdaannemer van het totaalpakket aan werkzaamheden.
Indien een (deel van de) prestatie(s) wordt uitbesteed aan een onderaannemer (uitvoerende
zorgaanbieder), dient gebruik te worden gemaakt van de prestatie onderlinge dienstverlening
in artikel 5.5 van deze beleidsregel.
c. Tariefsoort en -hoogte
De onder artikel 5.2.a beschreven prestaties 1 tot en met 4 kennen maximumtarieven,
gebaseerd op de gemiddelde inzet van zorgaanbieders voor patiënten binnen de prestatiebeschrijvingen.
Bovenop het maximumtarief kan een opslag worden overeengekomen voor de behandeling
van patiënten met een hogere zorgzwaarte dan het gemiddelde van de populatie. Voor
de opslag geldt dat deze enkel in rekening kan worden gebracht indien voor individuele
patiënten met een hogere dan gemiddelde zorgzwaarte hier een overeenkomst met de zorgverzekeraar
van de patiënt aan ten grondslag ligt. De aanvullende voorwaarden die moeten gelden
voor het in rekening brengen van de opslag, kunnen in deze overeenkomst worden vastgelegd.
Ook de opslag kent een maximumtarief.
In de maximumtarieven is een component voor het (gederfd) rendement op het eigen vermogen
(VGREV) van 1,17% toegevoegd. Het opslagpercentage dient als vergoeding voor de eigen
vermogenskosten waarmee de zorgaanbieder ondernemersrisico’s kan opvangen.
De maximumtarieven en bijbehorende opslagen zijn weergegeven op definitief prijsniveau
2023.
Prestatie
|
Maximumtarief
(definitief 2023)
|
Opslag
|
Jaarlijks gerichte voetcontrole om te beoordelen of iemand met licht verhoogde risicovoeten
mogelijk wonden krijgt
|
€ 44,17
|
|
Preventieve voetzorg om hoog risicovoeten zonder lokaal verhoogde druk te beschermentegen het krijgen van wonden
|
€ 314,06
|
€ 111,23
|
Preventieve voetzorg om hoog risicovoeten met lokaal verhoogde druk te beschermen tegen het krijgen van wonden
|
€ 458,01
|
€ 137,40
|
Preventieve voetzorg om zeer hoog risicovoeten te beschermen tegen het (opnieuw) krijgen
van wonden
|
€ 615,04
|
€ 150,49
|
De onder artikel 5.2.a beschreven prestaties 5 en 6 kennen maximumtarieven, welke
zijn weergegeven op definitief niveau 2023.
De toeslag voor zorg aan huis (prestatie 5) of in een instelling (prestatie 6) kunnen
uitsluitend in rekening worden gebracht wanneer er zorg, vallende onder de in artikel
5.2.a beschreven prestaties 1, 2, 3 of 4, aan de patiënt wordt geleverd.
Prestatie
|
Maximumtarief
(definitief 2023)
|
Toeslag voor zorg aan huis
|
€ 23,97
|
Toeslag voor zorg in een instelling
|
€ 7,99
|
Alle tarieven worden in beginsel jaarlijks ambtshalve geïndexeerd. Voor wat betreft
de loonkosten wordt de index vastgesteld door het Ministerie van VWS. Deze index houdt
verband met de cao-afspraken. Het tarief wordt vastgesteld op basis van een voorcalculatie
voor jaar t en de definitieve index van jaar t-1.
3. Koemelkallergie-test
a. Prestatiestructuur
Het leveren van een dubbelblinde placebogecontroleerde voedselprovocatietest conform
de geldende richtlijn Voedselveiligheid jeugdgezondheidszorg. De patiënt krijgt op
locatie van de zorgaanbieder in oplopende doses onder medisch toezicht in twee sessies
testvoeding met of zonder koemelk toegediend, waarbij noch de betrokken behandelaars
noch de patiënt (en diens ouders) op de hoogte zijn van welke testvoeding koemelk
bevat.
b. Tariefsoort en -hoogte
De onder artikel 5.3.a beschreven prestatie kent een maximumtarief. In het maximumtarief
is een component voor het (gederfd) rendement op het eigen vermogen (VGREV) van 1,17%
toegevoegd. Het opslagpercentage dient als vergoeding voor de eigen vermogenskosten
waarmee de zorgaanbieder ondernemersrisico’s kan opvangen.
Het maximumtarief voor de prestatie bedraagt € 913,67 (definitief niveau 2023).
Het tarief wordt in beginsel jaarlijks ambtshalve geïndexeerd. Voor wat betreft de
loonkosten wordt de index vastgesteld door het Ministerie van VWS. Deze index houdt
verband met de cao-afspraken. Voor wat betreft de materiële kosten wordt aangesloten
bij de prijsindexcijfer particuliere consumptie uit het Centraal Economisch Plan (CEP)
van het Centraal Planbureau (CPB). De op het tarief toe te passen index is het gewogen
gemiddelde van de loon- en materiële indices waarbij wordt uitgegaan van een aandeel
van 68% loonkosten en 32% materiële kosten. Het tarief wordt vastgesteld op basis
van een voorcalculatie voor jaar t en de definitieve indices van jaar t-1.
c. Contractvoorwaarde
Deze prestatie kan enkel in rekening worden gebracht indien hieraan een schriftelijke
overeenkomst tussen de betreffende zorgaanbieder en ziektekostenverzekeraar ten grondslag
ligt. De prestatie mag ook in rekening worden gebracht indien de zorgverzekeraar van
de desbetreffende verzekerde uitsluitend restitutiepolissen aanbiedt onder de voorwaarde
dat er een overeenkomst is met minimaal één andere zorgverzekeraar.
4. Valrisicobeoordeling
a. Prestatiestructuur
De valrisicobeoordeling bij een hoog valrisico vindt plaats aan de hand van een gestructureerde
vragenlijst waarmee alle factoren worden nagegaan die een rol kunnen spelen bij het
individuele valrisico. De valrisicobeoordeling resulteert in een individueel advies
aan de patiënt waarin eventuele verwijzingen naar zorgaanbieders en/of interventies
zijn opgenomen. Twee of drie maanden na het advies kan een evaluatie plaatsvinden
met de patiënt waarin wordt besproken in hoeverre het advies is opgevolgd en of andere
acties ingezet kunnen worden.
De prestatie wordt in tijdseenheden van 15 minuten gedeclareerd. Dit betekent dat
de behandeltijd dient te worden afgerond naar het dichtstbijzijnde veelvoud van 15 minuten.
De afronding van de behandeltijd mag niet uitkomen op minder dan 15 minuten.
b. Begrenzing en beperking van de prestatie
Indien een (deel van de) prestatie(s) wordt uitbesteed aan een onderaannemer (uitvoerende
zorgaanbieder), dient gebruik te worden gemaakt van de prestatie onderlinge dienstverlening
in artikel 5.5 van deze beleidsregel.
c. Tariefsoort en -hoogte
De onder artikel 5.4.a beschreven prestatie kent een maximumtarief van € 19,70 per
15 minuten (definitief niveau 2023).
Het tarief is gebaseerd op:
-
– een gewogen gemiddelde over de gemiddelde kostprijzen binnen de paramedische- en huisartsenzorg;
-
– in de tarieven is daarnaast een rentevergoeding op het genormeerd eigen vermogen (VGREV)
opgenomen van 1,17%; en
-
– jaarlijks vindt een aanpassing (indexering) plaats van de tariefcomponenten (loon
en materieel).
De precieze onderbouwing van het maximumtarief staat in het ‘Verantwoordingsdocument;
Toelichting op de berekening van het tarief valrisicobeoordeling’, dat als bijlage
bij deze beleidsregel is opgenomen.
Voor de prestatie valrisicobeoordeling geldt de mogelijkheid tot een verhoogd maximumtarief.
Het maximumtarief kan ten hoogste met 10% worden verhoogd indien hieraan een schriftelijke
overeenkomst tussen de betreffende zorgaanbieder en zorgverzekeraar ten grondslag
ligt. Dit verhoogde maximumtarief kan uitsluitend in rekening worden gebracht aan
(a) de zorgverzekeraar met wie het verhoogde maximumtarief schriftelijk is overeengekomen
of (b) de verzekerde ten behoeve van wie een zorgverzekering met betrekking tot de
valrisicobeoordeling is gesloten bij een zorgverzekeraar met wie een zodanig verhoogd
maximumtarief schriftelijk is overeengekomen. Een tarief dat niet hoger is het maximumtarief
kan aan eenieder in rekening worden gebracht.
5. Onderlinge dienstverlening
a. Prestatiestructuur
Onderlinge dienstverlening betreft de levering van een (deel)prestatie of van een
geheel van prestaties door een ‘andere zorgaanbieder’ in opdracht van een ‘zorgaanbieder’.
De andere zorgaanbieder wordt in dit kader ook wel aangeduid als de ‘uitvoerende zorgaanbieder’.
De zorgaanbieder wordt in dit kader ook wel aangeduid als de ‘opdrachtgevende zorgaanbieder’.
De uitvoerende zorgaanbieder heeft de mogelijkheid om (onderdelen van) de prestaties
op het gebied van overige geneeskundige zorg met inachtneming van de geldende maximumtarieven,
in opdracht van de opdrachtgevende zorgaanbieder via onderlinge dienstverlening in
rekening te brengen aan de opdrachtgevende zorgaanbieder.
b. Tariefsoort en -hoogte
De tarieven voor de prestatie onderlinge dienstverlening zijn vrij onderhandelbaar.
Het overeengekomen tarief mag echter niet hoger zijn dan het door de NZa vastgestelde
maximumtarief voor de bij de zorg behorende prestatie.