Wijzigingswet Wet basisregistratie personen (invoering centrale voorziening ter ondersteuning van de colleges van burgemeester en wethouders)

Geraadpleegd op 03-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-10-2023 en zichtdatum 21-05-2024.
Geldend van 15-05-2023 t/m heden

Wet van 5 oktober 2022 tot wijziging van de Wet basisregistratie personen in verband met de invoering van een centrale voorziening ter ondersteuning van de colleges van burgemeester en wethouders bij het onderzoek of een persoon als ingezetene in de basisregistratie personen op een adres in de gemeente dient te worden ingeschreven alsmede naar de juistheid van de gegevens betreffende het adres van een ingezetene in de basisregistratie personen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Wet basisregistratie personen te wijzigen in verband met de invoering van een centrale voorziening ter ondersteuning van de colleges van burgemeester en wethouders bij het onderzoek of een persoon als ingezetene in de basisregistratie personen op een adres in de gemeente dient te worden ingeschreven alsmede naar de juistheid van de gegevens betreffende het adres van een ingezetene in de basisregistratie personen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel Ia

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel II

Onze Minister is bevoegd om gegevens te verwerken betreffende een onderzoek als bedoeld in hoofdstuk 2, afdeling 1, paragraaf 4a van de Wet basisregistratie personen dat is beëindigd of dat op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet nog niet is afgedaan.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 5 oktober 2022

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A.C. van Huffelen

Uitgegeven de zeventiende oktober 2022

De Minister van Justitie en Veiligheid,

D. Yeşilgöz-Zegerius

Naar boven