Specifiek interventiebeleid vlees (IB01-SPEC 25, versie 01)

Geraadpleegd op 02-06-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 19-05-2024 en zichtdatum 19-05-2024.
Geldend van 02-03-2024 t/m heden

Besluit van de inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 22 februari 2024 tot vaststelling van het Specifiek interventiebeleid vlees (IB01-SPEC 25, versie 01) en tot intrekking van het Specifiek interventiebeleid NVWA vleesketen (IB03-SPEC 81, versie 01)

Deze beleidsregel wordt in de Staatscourant geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

namens deze:

G.J.C.M. Bakker

inspecteur-generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

Bijlage als bedoeld in artikel 1

1. Onderwerp

Het specifieke interventiebeleid vlees beschrijft binnen de kaders van het algemeen interventiebeleid de interventiegrenzen voor specifieke overtredingen m.b.t. voedselveiligheid, hygiëne, bouwkundige zaken, identificatie- en registratieverplichtingen op die onderdelen van de wetgeving die gelden voor dit werkterrein.

Dit interventiebeleid is voor een aantal zaken gekoppeld aan het gemeenschappelijk interventiebeleid IB01-SPEC19; het uitgangspunt is één en dezelfde benadering voor alle bedrijven, zowel erkende als geregistreerde.

Het gedeelte over gehakt vlees, vleesbereidingen, separatorvlees en vleesproducten (vallend onder de Warenwet) bevindt zich nog steeds in IB01-SPEC19.

Voor het specifiek interventiebeleid met betrekking tot de chemische en microbiologische eisen, alsmede met betrekking tot etikettering van levensmiddelen wordt verwezen naar:

IB01-SPEC 06 interventiebeleid etikettering levensmiddelen

IB01-SPEC 07 interventiebeleid levensmiddelen laboratorium microbiologie

IB01-SPEC 09 interventiebeleid eet- en drinkwaren laboratorium chemie

Zowel voor het specifiek interventiebeleid dierlijke bijproducten als voor gehakt vlees, vleesbereidingen, separatorvlees en vleesproducten wordt verwezen naar:

IB01-SPEC 19 gezamenlijk interventiebeleid Industriële Productie

2. Wettelijke basis

Op het werkterrein van vlees (voedselveiligheid, hygiëne, bouwkundige zaken, identificatie- en registratieverplichtingen) gelden zowel Europese als Nationale regels. De belangrijkste regels zijn:

Levensmiddelenbedrijven

Vo (EG) nr. 178/20021

Algemene Levensmiddelenverordening

Vo (EG) nr. 852/20042

Hygiëneverordening m.b.t. levensmiddelen

Vo (EG) nr. 853/20043

Hygiëneverordening m.b.t. dierlijke producten

Vo (EG) nr. 854/20044

Verordening m.b.t. toezicht op dierlijke producten

Vo (EG) nr. 2073/20055

Verordening Microbiologische Criteria voor levensmiddelen

Vo (EG) nr. 2074/2005

Organisatie officiële controles Vo 854/2004

Vo (EG) nr. 2075/20056

Trichinenverordening

Verordening (EEG) nr. 2377/90 7

Verordening met maximumwaarden voor resten diergeneesmiddelen

Specifieke verordeningen met bepalingen voor contaminanten, additieven, residuen etc.

Warenwet met onderliggende besluiten en regelingen, in het bijzonder:

Warenwetbesluit Hygiëne van levensmiddelen;

Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen (BBL)

Wet DierenBesluit en Regeling dierlijke producten

1 Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden.

2 Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne

3 Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong

4 Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong

5 Verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen

6 Verordening (EG) nr. 2075/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van specifieke voorschriften voor de officiële controles op Trichinella in vlees

7 Verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad van 26 juni 1990 houdende een communautaire procedure tot vaststelling van maximumwaarden voor residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong

3. Begrippen

Definities

Voor de definities wordt verwezen naar het algemeen interventiebeleid NVWA.

Gebruikte afkortingen

  • AM Ante Mortem

  • BBL Warenwet Besluit Bereiding en Behandeling Levensmiddelen

  • BOA Buitengewone opsporingsambtenaren van de NVWA

  • BR Boeterapport

  • CCP Critical Control Point (kritisch controlepunt)

  • DBP Dierlijke bijproducten

  • EZ Ministerie van Economische Zaken

  • GWWD Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

  • HACCP Hazard Analysis and critical control points

  • IOD Inlichtingen- en Opsporingsdienst NVWA

  • I & R-register Identificatie- en registratieregister

  • JZ Afdeling Juridische Zaken van de VWA

  • NVWA Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit

  • OM Openbaar Ministerie (Justitie)

  • PM Post Mortem

  • PV Proces-verbaal

  • RASFF Rapid alert system food and feed

  • RDP Regeling dierlijke producten

  • Retail Kleinhandel/detailhandel/supermarktorganisaties

  • SRM Specifiek risicomateriaal

  • SW Schriftelijke waarschuwing

  • VKI Voedsel Keten Informatie

  • VMC Verordening microbiologische criteria

  • VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

4. Benodigdheden

nvt

5. Werkwijze

5.1. Algemeen

In het algemeen interventiebeleid NVWA zijn de kaders beschreven wanneer welke interventies worden ingezet.

Voor het specifiek interventiebeleid vlees wordt deze lijn ook gevolgd en zijn de soorten overtredingen zoveel mogelijk ingedeeld in de klassen B, C en D. Overtredingen in klasse A (complexe fraude) horen thuis bij de IOD.

De volgende uitgangspunten worden hierbij gehanteerd:

risico gezondheid mens of dier of milieu

onveilige producten

Klasse B (ernstige gevolgen)

Mogelijk risico gezondheid mens of dier of milieu

Mogelijk onveilige producten

Klasse C (overtreding niet ernstig, niet gering)

Geen risico voor gezondheid mens of dier of milieu

geen onveilige producten

Klasse D (geringe gevolgen)

Er zijn verschillende soorten normen. Sommige hebben rechtstreeks betrekking op het (eind)product (bijv. contaminanten / GGO’s / additieven / verboden materialen / ongewenste stoffen), andere zijn gericht op de wijze van productie of op de inrichting waar de productie plaatsvindt.

In het interventiebeleid is de waardering van de overtreding gebaseerd op twee pijlers.

Pijler 1: de ernst van de wetsovertreding

Pijler 2: de omstandigheden

Ad Pijler 1: de overtreding

De eerste pijler is de ernst van de wetsovertreding. De belangrijkste wegingsfactor hier is het gezondheidsrisico voor mens, dier of milieu dat het gevolg is van de overtreding. Het gaat daarbij niet om de kans dat het risico zich zal verwezenlijken, maar om de aard (ernst) van het gevaar dat ontstaat als het risico zich verwezenlijkt.

Om een meer algemene lijn neer te zetten voor de ernst van de overtreding is een veilig (eind)product het uitgangspunt. Dit kan dus zowel een eindproduct als een halffabrikaat of een grondstof zijn. De veiligheid heeft betrekking op diergezondheid en volksgezondheid, zoals vastgelegd in artikel 14 en 15 van de Algemene levensmiddelenverordening.

(Eind)productnormen

De normen die rechtstreeks betrekking hebben op het (eind)product (bijvoorbeeld contaminanten / ggo’s / additieven / verboden materialen / ongewenste stoffen), vallen in twee groepen uiteen. Enerzijds zijn er normen die de grens vormen tussen wel of geen risico voor de gezondheid van mens of dier of het milieu. Overschrijding van zo’n norm is een potentieel risico en daarmede een ernstige overtreding.

Anderzijds zijn er ook normen die gebaseerd zijn op wat gangbaar dan wel realistisch haalbaar is bij een goede bedrijfsvoering (GMP), waarbij de norm strenger is dan de grens tussen wel of geen gevaar voor de gezondheid van mens, dier of milieu. Overschrijding van zo’n norm is in het algemeen niet direct een potentieel risico en wordt daarom niet beschouwd als een ernstige overtreding, tenzij de overschrijding extreem is.

Daarbij zijn drie mogelijkheden:

  • 1. Onveilig product verhandelen (onveilig = schadelijk of ongeschikt)

    De wetgeving maakt bij onveilige producten onderscheid tussen schadelijke dan wel ongeschikte producten. Bij de beoordeling van de ernst van de overtreding moet hiermede rekening worden gehouden. Een schadelijk product verhandelen leidt altijd tot een ernstige overtreding, een ongeschikt product niet altijd. Onder schadelijk wordt verstaan een product met nadelige gevolgen op korte of lange termijn voor mens, dier of milieu. Onder ongeschikt wordt verstaan een product, dat verontreinigd is met vreemd materiaal of anderszins, of door verrotting, kwaliteitsverlies of bederf. Wanneer het product door het ‘ongeschikt zijn’ weerzinwekkend is, is dit ook een ernstige overtreding.

  • 2. Productieproces: onvoldoende invulling basisvoorwaarden

    Als invulling van de basisvoorwaarden (zoals hygiëne, inrichting, opleiding, ongediertewering) zodanig is dat de norm in ernstige mate wordt overschreden, dan geldt dit als ernstige overtreding

  • 3. Onvoldoende beheersing van de gevaren (HACCP)

    Indien het HACCP-systeem niet voldoet, onvoldoende is geïmplementeerd of onvoldoende wordt toegepast, waardoor aantoonbaar schadelijke producten zijn geproduceerd en/of verhandeld of waardoor het met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid schadelijke producten zijn geproduceerd of verhandeld, dan wordt dit als een ernstige overtreding aangemerkt.

In alle andere gevallen andere gevallen is er – behoudens bijzondere gevallen – sprake van een overtreding of geringe overtreding.

incidenteel versus structureel (tijdens één inspectie)

Bij de beoordeling wordt nagegaan of de wetsovertreding incidenteel dan wel structureel is. Dit is van belang om een wetsovertreding aan te merken als ernstige overtreding of niet. Vaststellen kan geschieden op basis van feitelijke waarneming en/of interview en/of documentencontrole. De volgende uitgangspunten kunnen daarvoor gehanteerd worden:

Incidenteel: waarneming op dat moment, eenmalig voorkomend, geen aanwijzing dat het vaker voor komt

Structureel: Vastgesteld wordt dat de situatie geen incident is maar:

  • vaker voorkomt in de tijd (tijdens de betreffende inspectie vastgesteld dat dit vaker voor komt); en/of

  • voorkomt op meerdere punten in het bedrijf; en/of

  • fout is in de bedrijfsvoering. Vaststellen kan geschieden op basis van feitelijke waarneming, interview of documentencontrole.

Een afwijking van de wettelijke norm kan door zijn structurele karakter ernstig zijn.

Ad Pijler 2: de omstandigheden

De tweede pijler wordt gevormd door omstandigheden die samenhangen met de verantwoordelijke voor de wetsovertreding. Hierbij valt te denken aan nalatigheid dan wel weigerachtigheid om een overtreding op te heffen, en recidive. Dit heeft geen invloed op de ernst van de wetsovertreding maar eventueel wel op de te nemen interventie, de follow up na overtreding en de interventie bij recidive.

Structureel ten gevolge van recidive

Het structurele karakter van een overtreding (niet zijnde een ernstige of geringe overtreding) kan aangetoond worden wanneer er voor een derde keer sprake is van eenzelfde overtreding, die op zichzelf alleen tot een schriftelijke waarschuwing zou leiden. In dat geval is het verzamelen van verdere feiten en omstandigheden niet nodig ter onderbouwing van het structurele karakter van de overtreding en zal een Proces-verbaal of boeterapport opgemaakt worden. Bij het voor de tweede maal constateren van een zelfde overtreding kan alleen een boeterapport of Proces-verbaal worden opgemaakt, indien er aanvullende feiten en omstandigheden geconstateerd worden. Deze feiten moeten door de inspecteur duidelijk omschreven worden, zodat deze aanvullende omschrijving in het boeterapport of Proces-verbaal opgenomen kan worden.

5.2. Basis gemeenschappelijke interventies voedselveiligheid

5.2.1. Basis

Het specifiek interventiebeleid vlees wordt toegepast overeenkomstig de tabel onder 1.3 (afhandeling overtredingen) van de nota uitgangspunten interventiebeleid NVWA

5.2.2. Boeterapport (BR) of Proces-verbaal (PV)

In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van de belangrijkste EU-regelgeving, de corresponderende Nederlandse regelgeving en bijbehorende sanctie.

Het uitgangspunt is dat bestuursrecht wordt toegepast. Het strafrecht wordt slechts toegepast in sommige speciale gevallen.

5.2.3. Specifiek interventiebeleid vlees

In bijlage 1 zijn voor de overtredingen de interventiegrenzen en de specifieke interventies opgenomen voor die ‘vleeszaken’ die vallen onder de Wet dieren. Binnen de Nederlandse wetgeving valt een tweedeling waar te nemen tussen vleesbedrijven/werkzaamheden die vallen onder de Wet Dieren (EZ; Bijlage III, sectie I t/m IV, 853/2004) en vleesbedrijven/werkzaamheden die vallen onder de Warenwet (VWS).

Bijlage I is modulair opgebouwd:

Module A: Basisvoorwaarden

Module B: HACCP / interne controles

Module C: Overige eisen

Module D: Specifieke eisen per type bedrijf

Module E: Rechtstreekse levering

5.2.4. Werkwijze bij permanent/frequent toezicht op bedrijven (o.a. slachthuizen)

In bedrijven waar de NVWA met grote regelmaat 1 aanwezig is voor toezichthoudende taken, is de kans op het aantreffen van een overtreding groot. Daarom wordt, als verbijzondering van het algemeen interventiebeleid en het gestelde in paragraaf 3.2.1, in dit geval de volgende werkwijze toegepast: wetsovertredingen worden altijd vastgelegd op de betreffende controlelijsten. Op de lijst worden ook de afspraken vastgelegd over het verhelpen van de overtredingen, de geboden nalevingshulp en de corrigerende interventies. Deze lijsten worden besproken met het bedrijf. Het bedrijf tekent voor gezien en krijgt een afschrift van de lijst.

Indien er overtredingen klasse B (ernstige gevolgen) zijn geconstateerd, worden altijd direct corrigerende interventies opgelegd die moeten leiden tot het opheffen van de overtreding. Tijdens het bespreken van de controlelijst wordt een mondelinge waarschuwing gegeven, die schriftelijk wordt bevestigd bijvoorbeeld op de controlelijst slachthuis. Het bedrijf wordt gewezen op de consequenties bij het niet nakomen van de afspraak. Wordt de overtreding niet adequaat verholpen, dan krijgt de overtreding een structureel karakter en wordt tevens een sanctionerende interventie als een BR toegepast. Wanneer ondanks herhaalde BR de overtreding blijft bestaan (structureel karakter), dient in overleg met de leidinggevende overgegaan te worden tot aanvullende (corrigerende) bestuursrechtelijke maatregelen, zoals het verhogen van de frequentie van het toezicht.

Indien er overtredingen klasse C (gevolgen niet ernstig, niet gering) zijn geconstateerd, worden – zo nodig – corrigerende interventies opgelegd die moeten leiden tot het opheffen van de overtreding. Tijdens het bespreken van de controlelijst wordt een mondelinge waarschuwing gegeven, die schriftelijk op de controlelijst wordt bevestigd. Wordt de overtreding, ondanks herhaalde mondelinge waarschuwingen, nog steeds niet adequaat verholpen, dan krijgt de overtreding een structureel karakter en wordt een maatregel als een SW genomen. Indien het bedrijf, ondanks herhaalde schriftelijke waarschuwingen de overtreding nog steeds niet adequaat heeft verholpen, wordt overgegaan tot het toepassen van een sanctionerende interventie: BR. Wanneer ondanks herhaalde BR de overtreding structureel blijft bestaan, dient in overleg met de leidinggevende overgegaan te worden tot aanvullende (corrigerende) bestuursrechtelijke maatregelen, zoals het verhogen van de frequentie van het toezicht.

In onderstaand schema is aangegeven welke interventies bij bedrijven, waar de NVWA met grote regelmaat aanwezig is voor toezichthoudende taken, opgelegd worden.

Interventiebeleid bij frequent toezicht

Overtreding

Interventies

Follow-up

Interventies bij herhaalde (dezelfde of soortgelijke) overtreding

Klasse B (Ernstige gevolgen)

* corrigerende interventie (proces, product)

* afspraak herstel + termijn (schriftelijk op controlelijst)

* nalevingshulp

mondelinge waarschuwing (die middels afschrift controlelijst, schriftelijk wordt bevestigd.

* herinspectie op afgesproken termijn

* corrigerende interventie (proces, product)

* BR (of PV)

* nalevingshulp

Klasse C (Overtreding)

* zo nodig verdere corrigerende interventie

* afspraak herstel + termijn (schriftelijk op controlelijst)

* nalevingshulp

* mondelinge waarschuwing (die middels afschrift controlelijst, schriftelijk wordt bevestigd)

* herinspectie op afgesproken termijn

* zo nodig corrigerende interventie

* mondelinge waarschuwing

Nalevingshulp

Na herhaalde mondelinge waarschuwing:

* zo nodig corrigerende interventie

* SW

* nalevingshulp

Na herhaalde SW

* zo nodig corrigerende interventie

* BR (PV)

* nalevingshulp

Klasse D (Geringe gevolgen)

* mededeling ter plaatse (tijdens inspectie)

* nalevingshulp

* geen actie

* mededeling ter plaatse

* nalevingshulp

6. Registratie en archivering

Nvt.

7. Interventie

Nvt.

8. Arbo, milieu en veiligheid

Nvt.

9. Diversen

9.1. Relatie tussen interventiebeleid en onderhoud van erkenningen

Een erkend bedrijf voldoet in principe aan de eisen die gesteld worden in de Verordeningen (EG) nr. 852/2004, 853/2004. Deze voorwaarden zijn immers voor de verlening van de erkenning getoetst. In verband met het onderhoud van erkenningen vinden regelmatig controles plaats: goed scorende bedrijven worden 1x per jaar bezocht en slecht scorende bedrijven worden vaker gecontroleerd (herinspecties), eventueel gevolgd door het opstarten van de intrekkingsprocedure. De afweging of aan de eisen van de verordening wordt voldaan, wordt gemaakt door de uitvoerder van de inspectie.

Wanneer echter tijdens het reguliere toezicht in EG erkende bedrijven, waar de NVWA met grote regelmaat 2 aanwezig is voor toezichthoudende taken, blijkt dat de erkenning op onderdelen niet functioneert, dan wordt de werkwijze toegepast zoals beschreven in 5.2.4 Werkwijze bij permanent toezicht op bedrijven.

Bij de overige erkende bedrijven is het algemeen en specifiek interventiebeleid van toepassing.

9.2. Bijlagen

Bijlage 1: gemeenschappelijk interventiebeleid voedsel- en voederveiligheid dier en industrie.

Bijlage 2: overzicht EU-regelgeving, corresponderende Nederlandse regelgeving en sanctie PV of BR.

Bijlage 1. gemeenschappelijk interventiebeleid voedsel- en voederveiligheid dier en industrie

Indeling van de tabel:

Module

Omschrijving

Regels

Regels

A

Basisvoorwaarden

Erkenning / registratie

A1

 

1

basisvoorwaarden niet uitgesplitst

A2 – 4

 

2

basisvoorwaarden uitgesplitst

 
   

Algemene eisen

Zie 1

   

Algemene eisen apparatuur / uitrusting

Zie 1

   

Afval et cetera

A5 – A7

   

Watervoorziening

A8 – A9

   

Persoonlijke hygiëne

Zie 1

   

Bepalingen grondstoffen, verontreinigingen

A10 – A13

   

Ongediertebestrijding

A14 – A16

   

(onmiddellijke) Verpakking

Zie 1;

A17 – A19

   

Verwerking, behandeling en verwijdering

Zie 1

   

Opleiding

A20 – A22

B

HACCP / interne controles

B1 – B3

     

C

Overige eisen

Traceerbaarheid (incl recall)

C1 – C5

   

Overige eisen

C6 – C8

   

Microbiologische criteria

C9 – C22

   

Etikettering; merken

C23 – C27

D

Specifieke eisen vleesbedrijven (bijlage III, sectie I t/m IV van Vo 853/2004)

 
   

HACCP procedures slachthuizen

D1 – D2

   

Voedselketeninformatie (VKI)

D3 – D5

   

Identificatie en registratie (I&R)

D6

   

Hygiënisch slachten en uitsnijden

D7 – D15

   

Temperatuureisen

D16 – D19

   

Trichinella

D20 – D21

   

Vrij wild

D22

E

Rechtstreekse levering

E1 – E8

 

Overzicht specifieke interventies NVWA interventiebeleid vleesketen & voedselveiligheid IB01-SPEC25 – versie 1,

 

bij afwijkingen en overtredingen van wet- en regelgeving

 

1-mrt-13

         

Bron

EG WETGEVING

NL WETGEVING

     

NVWA -interventie

Code

Titel + artikel

Titel + artikel

Categorie

Product/bedrijf

norm

Omschrijving afwijking / overtreding

% of hoogte afwijking / interventiegrens

indeling overtreding

KLASSE

motivatie voor categorie indeling

interventies

follow-up na overtreding; interventies bij herhaalde overtreding

status / opmerkingen

MODULE A

BASISVOORWAARDEN

                 

regel A1

Vo 852 art 6 lid 3 + Vo 853 art. 4 onder 3a en 3b

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

het hebben van een erkenning

het niet hebben van een erkenning voor een inrichting welke aan erkenning is onderworpen en niet door de bevoegde autoriteit erkend is, en toch in bedrijf is

niet toegestaan

ernstige overtreding

B

direct/groot risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

BR, naleefhulp; zo nodig corrigende interventie (blokkeren partij + eventueel recall; eventueel RASFF)

informeren L&N; controle of erkenning is aangevraagd

Vaak is bezoek van de NVWA of contact met de NVWA genoeg om bedrijf erkenning of registratie te laten aanvragen. Indien bedrijf niet reageert inschakelen L&N (= bevoegde inspecteur); zo nodig corrigerende interventie afhankelijk van de risico's m.b.t. vervaardigde producten

 

1. BASISVOORWAARDEN NIET UITGESPLITST

                 

regel A2

Vo 852 art. 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II en/of III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (bouwkundige zaken, inrichting, hygiene / besmettingskans, materialen, verpakking, vervoer, omgang producten, gebruik)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

Indien de omstandigheden of toepassingen op een of meerdere punten niet voldoen, incidenteel dan wel structureel, en dit invloed heeft op de veiligheid van producten. Voorbeelden: condens valt op vlees, gebruik van vuile slachtgereedschappen of slachtapparatuur, open wonden slachtpersoneel waardoor besmetting vlees.

incidenteel dan wel structureel

ernstige overtreding

B

direct/groot risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp

herinspectie z.s.m.

Resulteert tot risicovolle situaties waarin producten bereid, behandeld, verwerkt of vervoerd worden. Dit kan ook het gevolg zijn van personeel dat onvoldoende geschoold is voor het werk wat ze uitvoeren. Achterstallig onderhoud en onhygienische omstandigheden (ernstig vervuilde bedrijfsruimten) vallen ook hieronder.

regel A3

Vo 852 art. 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II en/of III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (bouwkundige zaken, inrichting, hygiene / besmettingskans, materialen, verpakking, vervoer, omgang producten, gebruik)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

Indien de omstandigheden of toepassingen op een of meerdere punten niet voldoen en dit mogelijk invloed heeft op de veiligheid van producten. Voorbeelden: condens en lekkages (niet direct op vlees); roestige bovenbouw, corrosie slachtapparatuur.

structureel

ernstige overtreding

B

direct/groot risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp

herinspectie z.s.m.

Structureel houdt in een grotere/hogere/ernstigere mate van voorkomen dan incidenteel.

regel A4

Vo 852 art. 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II en/of III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (bouwkundige zaken, inrichting, hygiene / besmettingskans, materialen, verpakking, vervoer, omgang producten, gebruik)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

Indien de omstandigheden of toepassingen op een of meerdere punten niet voldoen en dit mogelijk invloed heeft op de veiligheid van producten

incidenteel

overtreding

C

mogelijk risico/beperkt gevaar dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

Incidenteel moet gezien worden in het licht van de beoordeelde feiten, omstandigheden en de perioden waarnaar gekeken wordt.

 

2. BASISVOORWAARDEN UITGESPLITST

                 

ITEM

ALGEMENE EISEN BEDRIJFSRUIMTEN

                 
 

Zie 1. Basisvoorwaarden niet uitgesplitst

                       

ITEM

ALGEMENE EISEN APPARATUUR / UITRUSTING

                 
 

Zie 1. Basisvoorwaarden niet uitgesplitst

                       

ITEM

AFVAL ET CETERA

                 

regel A5

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (afval)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

levensmiddelenafval, niet eetbare bijproducten, voormalige voedingsmiddelen en andere afvallen worden niet zo snel mogelijk uit ruimten verwijderd om een ophoping ervan te voorkomen. Hierdoor bestaat een groot risico op productcontaminatie met (directe) invloed op de veiligheid van producten

levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument/dier

ernstige overtreding

B

direct/groot risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie: productie stoppen; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige contaminatie is direct ingrijpen vereist: productieproces stilleggen en mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane of dierlijke consumptie.

regel A6

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (afval)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

levensmiddelenafval, niet eetbare bijproducten, voormalige voedingsmiddelen en andere afvallen worden niet zo snel mogelijk uit ruimten verwijderd om een ophoping ervan te voorkomen. Hierdoor bestaat een mogelijk risico op productcontaminatie met mogelijke invloed op de veiligheid van producten.

levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument/dier

overtreding

C

mogelijk risico/beperkt gevaar dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

bij herhaalde overtreding: interventie afhankelijk van de situatie

regel A7

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (afval)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

levensmiddelenafval, niet eetbare bijproducten, voormalige voedingsmiddelen en andere afvallen worden niet zo snel mogelijk uit ruimten verwijderd om een ophoping ervan te voorkomen. Hierdoor bestaat geen risico op productcontaminatie en geen invloed op de veiligheid van producten.

levert geen onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument/dier; geen onveilige producten

geringe overtreding

D

geen risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

nalevingshulp

   

ITEM

WATERVOORZIENING

                 

regel A8

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II, hfdst VII.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (Watervoorziening)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van de mens of dier

Gebruik van water (niet zijnde leidingwater) dat niet aantoonbaar vergelijkbaar is met leidingwater, dan wel gebruik van water voor diervoeder dat niet van voldoende kwaliteit voor dieren is

onverantwoord bezig zijn met water waarvan niet bekend is of het veilig is; levert een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument/dier

ernstige overtreding

B

direct/groot risico dier- en/of volksgezondheid en/of milieu

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp

herinspectie z.s.m.

gebruik van ander water dan leidingwater niet in overeensteming met de voorschriften, valt hier ook onder; In bepaalde gevallen is gebruik van ander water toegestaan, zoals het gebruik van schoon zeewater bij bepaalde handelingen met vis en visserijproducten ; ernstige overtreding indien kwaliteit van het water onbekend is met reeel gevaar voor product

regel A9

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II, hfdst VII.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (Watervoorziening)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van de mens of dier

Gebruik van water (niet zijnde leidingwater) dat niet aantoonbaar vergelijkbaar is met leidingwater, dan wel gebruik van water voor diervoeder dat niet van voldoende kwaliteit voor dieren is

onverantwoord bezig zijn met water waarvan niet bekend is of het veilig is; levert geen onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument/dier

overtreding

C

beperkt risico dier- en/of volksgezondheid

corrigerende interventie, SW, naleefhulp

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

gebruik van ander water dan leidingwater niet in overeensteming met de voorschriften, valt hier ook onder; In bepaalde gevallen is gebruik van ander water toegestaan, zoals het gebruik van schoon zeewater bij bepaalde handelingen met vis en visserijproducten ; overtreding indien kwaliteit van het water onbekend is maar geen of zeer beperkt gevaar voor product, bij voorbeeld omdat het water alleen gebruikt wordt voor schoonmaken en niet in product terecht komt

ITEM

PERSOONLIJKE HYGIËNE

                 
 

Zie 1. Basisvoorwaarden niet uitgesplitst

                       

ITEM

BEPALINGEN GRONDSTOFFEN, VERONTREINIGING

                 

regel A10

Vo 852, art 4 lid 2, bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (grondstoffen, verontreiniging)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

het bij de bereiding van levensmiddelen gebruik maken van (ondeugdelijke en/of niet toegestane) grondstoffen waardoor een gevaar voor de veiligheid ontstaat

incidenteel dan wel structureel: levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie: productie stoppen; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige tekortkomingen is direct ingrijpen vereist: mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane of dierlijke consumptie ; hieronder valt ook het opwaarderen van cat. 1, cat. 2 of cat.3 materiaal naar humane of dierlijke consumptie. Betrek in de beoordeling en de interventies of onveilig leidt tot schadelijke dan wel ongeschikte producten.

regel A11

Vo 852, art 4 lid 2, bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (grondstoffen, verontreiniging)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

het bij de bereiding van levensmiddelen gebruik maken van (ondeugdelijke en/of niet toegestane) grondstoffen waardoor een mogelijk gevaar voor de veiligheid ontstaat

incidenteel dan wel structureel: levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument

overtreding

C

risico voedselveiligheid

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

bij herhaalde overtreding: interventie afhankelijk van de situatie; hieronder valt ook het opwaarderen van cat. 1, cat. 2 of cat.3 materiaal naar humane of dierlijke consumptie. Betrek in de beoordeling en de interventies of onveilig leidt tot schadelijke dan wel ongeschikte producten.

regel A12

Vo 852, art 4 lid 2, bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (grondstoffen, verontreiniging)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

het tijdens de bereiding van levensmiddelen WILLENS EN WETENS gebruik maken van verdunning van ondeugdelijke grondstoffen/halffabrikaten. Producten zijn onveilig

willens en wetens verdunnen

ernstige overtreding

B

mogelijk risico voedselveiligheid; grove misleiding;

corrigerende interventie: productie stoppen; PV/BR; recall, RASFF-melding nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige tekortkomingen is direct ingrijpen vereist: mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane of dierlijke consumptie ; hieronder valt ook het opwaarderen van cat. 1, cat. 2 of cat.3 materiaal naar humane of dierlijke consumptie. Betrek in de beoordeling en de interventies of onveilig leidt tot schadelijke dan wel ongeschikte producten. LET OP: Denk bij de op te leggen interventies in dit geval ook aan art. 174/175 van Wetboek van Strafrecht (in overleg met JZ)

regel A13

Vo 852, art 4 lid 2, bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (grondstoffen, verontreiniging)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

het tijdens de bereiding van levensmiddelen WILLENS EN WETENS gebruik maken van verdunning van ondeugdelijke grondstoffen/halffabrikaten. Producten zijn niet onveilig

willens en wetens verdunnen

ernstige overtreding

B

grove misleiding;

corrigerende interventie: productie stoppen; PV/BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige tekortkomingen is direct ingrijpen vereist: mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane of dierlijke consumptie ; hieronder valt ook het opwaarderen van cat. 1, cat. 2 of cat.3 materiaal naar humane of dierlijke consumptie. LET OP: Denk bij de op te leggen interventies in dit geval ook aan art. 174/175 van Wetboek van Strafrecht (in overleg met JZ)

 

ONGEDIERTEBESTRIJDING

                 

regel A14

Vo 852, art 4, lid 2, Bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (ongediertebestrijding)

adequate bestrijding van ongedierte

het niet of onvoldoende bestrijden van schadelijke organismen (ongedierte) waardoor ongedierte in grote aantallen in het bedrijf aanwezig is. Overlast van ongedierte is erg groot, er is min of meer sprake van een "plaag".

onacceptabele overlast

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigrerende interventie: productie stoppen; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

Sporen van ongedierte zijn nadrukkelijk aanwezig. Uit feiten (bijv. aanwezigheid keutels, aangevreten goederen, zichtbaarheid ongedierte) blijkt dat ongedierte in grote getale aanwezig is. Bestrijding schiet ernstig tekort (geen bestrijding, onvoldoende invulling geven aan bestrijding)

regel A15

Vo 852, art 4, lid 2, Bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (ongediertebestrijding)

adequate bestrijding van ongedierte

het niet of onvoldoende bestrijden van schadelijke organismen (ongedierte) waardoor ongedierte in het bedrijf aanwezig is. Er is sprake van overlast, maar niet zo ernstig dat sprake is van een "plaag". Verbetering is noodzakelijk ter voorkoming van een plaag

overlast

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

Sporen van ongedierte zijn aanwezig. Feiten van aanwezigheid ongedierte ( keutels, aangevreten goederen, et cetera) kunnen aanwezig zijn, echter niet in ernstige mate. Ongedierte zelf sporadisch waarneembaar.

regel A16

Vo 852, art 4, lid 2, Bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (ongediertebestrijding)

adequate bestrijding van ongedierte

het niet of onvoldoende bestrijden van schadelijke organismen (ongedierte) waardoor ongedierte in lage aantallen in het bedrijf aanwezig is. Er is geen sprake van overlast, maar verbetering is wenselijk.

Wel aanwezig, geen overlast

geringe overtreding

D

risico voedselveiligheid.

nalevingshulp

 

Sporen van ongedierte zijn nauwelijks aanwezig. Ongedierte zelf is niet zichtbaar aanwezig.

ITEM

(ONMIDDELLIJKE) VERPAKKING

                 
 

Zie 1. Basisvoorwaarden niet uitgesplitst

                       

regel A17

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (verpakking)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

verpakkingen zijn niet aantoonbaar geschikt en bestemd voor verpakking van producten (inclusief het niet voldoen aan migratie-eisen) en contaminatie van producten treedt op

levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigrerende interventie: productie stoppen; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige tekortkomingen is direct ingrijpen vereist: mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane consumptie

regel A18

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (verpakking)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

verpakkingen zijn mogelijk niet geschikt of bestemd voor verpakking van producten (inclusief het mogelijk niet voldoen aan migratie-eisen); onvoldoende verificatie van de geschiktheid en de bestemming van verpakkingen

levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

bij herhaalde overtreding: interventie afhankelijk van de situatie

regel A19

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II + Vo 853 art 3 lid 1, bijlage III.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c + d

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (verpakking)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

verpakkingen voldoen (zijn geschikt of bestemd voor verpakking van producten), maar administratieve tekortkomingen m.b.t. de verificatie.

incidenteel.

geringe overtreding

D

gering risico voedselveiligheid.

nalevingshulp

   

ITEM

VERWERKING, BEHANDELING EN VERWIJDERING (bijvoorbeeld WARMTEBEHANDELING)

                 
 

Zie 1. Basisvoorwaarden niet uitgesplitst

                       

ITEM

OPLEIDING

                 

regel A20

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (opleiding/instructie)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

personen zijn onvoldoende opgeleid en/of geïnstrueerd voor het uitoefenen van hun taken. Hierdoor bestaat een direct gevaar voor de veiligheid van producten.

levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigrerende interventie: productie stoppen; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

bij ernstige tekortkomingen m.b.t. de opleiding en/of instructie is direct ingrijpen vereist: mogelijk productie vernietigen dan wel andere bestemming dan humane of dierlijke consumptie

regel A21

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (opleiding/instructie)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

personen zijn onvoldoende opgeleid en/of geïnstrueerd voor het uitoefenen van hun taken. Hierdoor bestaat een mogelijk gevaar voor de veiligheid van mens of dier. Er zijn echter geen directe aanwijzingen dat de taken verkeerd worden uitgevoerd

levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie, SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

bij herhaalde overtreding: interventie afhankelijk van de situatie

regel A22

Vo 852 art 4 lid 2; bijlage II.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853: Eisen bedrijfsvoering (opleiding/instructie)

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier

personen zijn onvoldoende opgeleid en/of geïnstrueerd voor het uitoefenen van hun taken. Hierdoor bestaat geen direct gevaar voor de veiligheid van producten.

incidenteel; Levert geen onveilige situatie op en geen gevolgen voor het product en/of consument.

geringe overtreding

D

gering risico voedselveiligheid.

nalevingshulp

 

Personen zijn weliswaar onvoldoende opgeleid of geïnstrueerd, maar er is geen sprake van onvoldoende uitvoering van de taken.

MODULE B

HACCP / INTERNE CONTROLES

                 

regel B1

Vo 852 art 5.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

4

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

HACCP op orde; geen onveilige producten (risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier)

HACCP systeem niet aanwezig of onvoldoende of niet goed uitgevoerd, waardoor aantoonbaar schadelijke producten geproduceerd zijn en/of verhandeld worden of waardoor met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid schadelijke producten geproduceerd zijn en/of worden verhandeld.

Feiten / omstandigheden aanwezig die wijzen dat er een onveilige situatie is waarbij schadelijke producten geproduceerd worden.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp, eventueel RASFF-melding

herinspectie z.s.m.

Onbeheerst proces door tekortkomingen in het HACCP-systeem, wat leidt tot onveilige producten. Met onveiligheid wordt bedoeld schadelijke levensmiddelen, onveilige diervoeders resp schadelijke én onveilige dierlijke bijproducten. De tekortkomingen van het HACCP-systeem betreffen de wettelijk verplichte onderdelen van HACCP. Dat moet blijken uit feiten en omstandigheden, of algemene kennis van relevante gevaren. Uit verzamelde feiten blijkt dat onveilige producten daadwerkelijk zijn geproduceerd en/of verhandeld, of dat het zeer waarschijnlijk is dat schadelijke producten zijn geproduceerd en/of verhandeld. Onder 'verhandeld' wordt m.b.t. levensmiddelen verstaan: het te koop aanbieden, uitstallen, tentoonstellen, verkopen, afleveren of voorhanden of in voorraad hebben van een waar

regel B2

Vo 852 art 5.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

4

Exploitant producten van dierlijke oorsprong dat valt onder bijlage III, sectie I t/m IV van Vo 853

HACCP op orde; geen onveilige producten (risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier)

HACCP systeem niet aanwezig of onvoldoende of niet goed uitgevoerd, waardoor mogelijk schadelijke producten verhandeld worden. Het feit dat daadwerkelijk schadelijke producten zijn verhandeld, of met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zijn verhandeld, is niet aangetoond.

Feiten / omstandigheden die er op wijzen dat er een mogelijk onveilige situatie is die mogelijk tot schadelijke producten leidt.

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW, nalevingshulp; evt. andere corrigerende interventie.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

Onbeheerst proces door tekortkomingen in het HACCP-systeem, wat mogelijk leidt tot schadelijke producten. Met onveiligheid wordt bedoeld schadelijke levensmiddelen, onveilige diervoeders resp schadelijke én onveilige dierlijke bijproducten. De tekortkomingen van het HACCP-systeem betreffen de wettelijk verplichte onderdelen van HACCP. Dat moet blijken uit feiten en omstandigheden, of algemene kennis van relevante gevaren. Indien aantoonbaar onveilige producten worden verhandeld/geproduceerd, dan is dat een ernstige overtreding. Betreft het een tekortkoming die niet leidt tot onveilige producten, dat is dat een geringe overtreding.

regel B3

Vo 852, art 5.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder c

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

HACCP op orde; geen onveilige producten (risico voor gezondheid of veiligheid van mens of dier)

HACCP systeem onvoldoende of niet goed uitgevoerd, maar dit leidt niet tot schadelijke producten.

Wel procedures beschikbaar, maar niet volledig of niet voldoende uitgevoerd; enkele geringe feiten verzameld van onvoldoende naleving. Geen onveilige situatie; geen schadelijk product

geringe overtreding

D

geen gevaar volksgezondheid of milieu

nalevingshulp

geen

Bedrijf maakt enkel kleine fouten binnen de wettelijke eisen van HACCP, die wel wettelijke overtredingen zijn, maar die op zichzelf geen gevaar opleveren of gaan opleveren voor de veiligheid van producten. Denk aan incidenteel ontbrekende registraties; verschrijvingen in procedures; verschillende (afdoende) normen op 1 CCP; (iets) te late verificatie; onduidelijke instructies, zonder dat de veiligheid van producten in gevaar komt. Het uitsluitend niet registreren bij het gebruikmaken van een hygiënecode is een geringe overtreding.

MODULE C

OVERIGE EISEN

                 

ITEM

TRACEERBAARHEID (INCL RECALL)

                 

regel C1

Vo 178 art.18

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

traceerbaarheid van de producten

de ondernemer beschikt niet over systemen en procedures om producten die men ontvangen of geleverd heeft, te kunnen traceren. Tekortkomingen hebben een structureel karakter.

geen of zeer gebrekkige systemen en procedures beschikbaar; levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

traceerbaarheid en voedselveiligheidsrisico.

herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; BR, nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.; BR

 

regel C2

Vo 178 art.18

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

traceerbaarheid van de producten

de ondernemer beschikt niet over systemen en procedures om producten die men ontvangen of geleverd heeft, te kunnen traceren. Tekortkomingen hebben een incidenteel karakter.

onvolledige systemen en procedures; levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

traceerbaarheid en voedselveiligheidsrisico.

herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; SW, nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

 

regel C3

Vo 178, art. 19.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

onveilige schadelijke producten

onveilige situatie met betrekking tot schadelijke producten, wanneer de producten de directe controle van de exploitant hebben verlaten, waarvan de ondernemer kennis heeft en dit niet gemeld is bij de NVWA

bij aantreffen

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar).

corrigende interventie. BR nalevingshulp; eventueel recall; eventueel RASFF

herinspectie z.s.m.

Schadelijk wil zeggen: schadelijk voor de gezondheid. Bij de beoordeling wordt meegenomen het onmiddellijke effect dan wel op korte en/of lange termijn. Cumulatieve toxische effect en de mogelijkheid op fysieke gevoeligheden bij sommige doelgroepen. Hieronder valt ook het niet melden van een recall bij de nVWA, ondanks dat door het bedrijf vervolgens wel bedoelde activiteiten zijn uitgevoerd. Het betreft hier dan altijd een schadelijk levensmiddel wat gemeld MOET worden

regel C4

Vo 178, art. 19.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

ongeschikte producten

onveilige situatie met betrekking tot ongeschikte producten, wanneer de producten de directe controle van de exploitant hebben verlaten, waarvan de ondernemer kennis heeft en dit niet gemeld is bij de NVWA

bij aantreffen

overtreding

C

risico voedselveiligheid (beperkt gevaar).

SW; nalevingshulp

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

Ongeschikt wil zeggen: ongeschikt voor menselijke consumptie. Bij de beoordeling hiervan wordt meegenomen: onaanvaardbaar, aanwezigheid verontreiniging, verrotting, kwaliteitsverlies en bederf.

regel C5

Vo 178, art. 19.

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

schadelijke (onveilige) levensmiddelen

Schadelijke (onveilige) levensmiddelen die nog of te lang in de markt blijven als gevolg van een onjuist of onvolledig uitgevoerde recall

niet doeltreffend uitgevoerde activiteiten van recall

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar).

corrigende interventie. BR nalevingshulp; eventueel recall; eventueel RASFF

herinspectie z.s.m.

 

ITEM

OVERIGE EISEN LEVENSMIDDELEN.

 

regel C6

Vo 178 art. 14 + Vo 2073/2005

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Bedrijven voldoen aan de gezondheidsnormen voor producten

Onveilige schadelijke levensmiddelen

onveilige situatie

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp + eventueel RASFF-melding

herinspectie z.s.m.; corrigerende interventie, BR, nalevingshulp + eventueel RASFF-melding

Schadelijk wil zeggen: schadelijk voor de gezondheid. Bij de beoordeling wordt meegenomen het onmiddellijke effect dan wel korte en/of lange termijn. Cumulatieve toxische effect en de mogelijkheid op fysieke gevoeligheden bij sommige doelgroepen. Hierononder valt ook het niet melden van een recall bij de nnVWA, ondanks dat door het bedrijf vervolgens wel bedoelde activiteiten zijn uitgevoerd. Het betreft hier dan altijd een schadelijk levensmiddel dat gemeld MOET worden.

regel C7

Vo 178 art. 14 + Vo 2073/2005

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b + e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV van Vo 853 (vers vlees).

Bedrijven voldoen aan de gezondheidsnormen voor producten

Onveilige ongeschikte levensmiddelen

onveilige situatie

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW, nalevingshulp

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

Ongeschikt wil zeggen: ongeschikt voor menselijke consumptie. Bij de beoordeling hiervan wordt meegenomen: onaanvaardbaar, aanwezigheid verontreiniging, verrotting, kwaliteitsverlies en bederf.

regel C8

Vo 178 art. 14 + Vo 2073/2005

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder b + e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Bedrijven voldoen aan de gezondheidsnormen voor producten

producten voldoen niet aan organoleptische eigenschappen voor betreffende producten, grenswaarde(n) bederfindicatoren, parasieten en voor de volksgezondheid schadelijke toxines; het betreft een risIco voor de gezondheid van mens of dier

incidenteel dan wel structureel: levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument/dier

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp + eventueel RASFF-melding

herinspectie z.s.m.; corrigerende interventie, BR, nalevingshulp + eventueel RASFF-melding

zie verder IB01-SPEC09 specifiek interventiebeleid laboratorium chemie; het betreft afwijkingen die een gevaar voor de gezondheid opleveren.

ITEM

MICROBIOLOGISCHE CRITERIA

                 

regel C9

Vo 2073, artikel 4, lid 2

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven bemonsteringsfrequenties moeten worden nageleefd

De bemonsteringsfrequenties zoals voorgeschreven in Vo 2073 of het eigen bemonsteringsplan werden in ernstige mate niet nageleefd

Bemonsteringen worden niet of zo nu en dan uitgevoerd

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

BR

herinspectie

Er wordt niet of bijna niet aan de bemonsteringsfrequenties voldaan.

regel C10

Vo 2073, artikel 4, lid 2

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven bemonsteringsfrequenties moeten worden nageleefd

De bemonsteringsfrequenties zoals voorgeschreven in Vo 2073 of het eigen bemonsteringsplan werden onvoldoende nageleefd

Niet alle bemonsteringen worden uitgevoerd

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Regelmatig wordt niet aan de bemonsteringsfrequenties voldaan. Kan van invloed zijn op de betrouwbaarheid van de gegevens

regel C11

Vo 2073, artikel 4, lid 2

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven bemonsteringsfrequenties moeten worden nageleefd

De bemonsteringsfrequenties zoals voorgeschreven in Vo 2073 of het eigen bemonsteringsplan werden onvoldoende nageleefd

Kleine afwijking t.o.v. de voorgeschreven frequentie

geringe overtreding

D

geen risico voedselveiligheid

nalevingshulp

geen

Indien geconstateerd is dat de frequentie redelijk goed wordt nageleefd, een enkele keer wijkt men af. Heeft geen invloed op de betrouwbaarheid van de gegevens.

regel C12

Vo 2073, artikel 5, lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven bemonsterings-schema's moeten worden nageleefd

De bemonsteringsschema's zoals voorgeschreven in Vo 2073 of de eigen bemonsteringsschema's werden in ernstige mate niet nageleefd

Bemonsteringsschema wordt maar zelden gevolgd.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

BR

herinspectie

Er wordt niet of bijna niet aan de bemonsteringsschema's voldaan.

regel C13

Vo 2073, artikel 5, lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven bemonsterings-schema's moeten worden nageleefd

De bemonsteringsschema's zoals voorgeschreven in Vo 2073 of de eigen bemonsteringsschema's werden onvoldoende nageleefd

Bemonsteringsschema wordt niet altijd gevolgd

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Regelmatig wordt niet aan de bemonsteringsschema's voldaan. Kan van invloed zijn op de betrouwbaarheid van de gegevens

regel C14

Vo 2073, artikel 5, lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven analysemethoden moeten toegepast worden

De juiste analysemethoden werden niet toegepast.

Analyse niet volgens de VMC. Resultaten zijn niet betrouwbaar.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

BR

herinspectie

Resultaten zeggen feitelijk niets over de daadwerkelijke gesteldheid van de levensmiddelen

regel C15

Vo 2073, artikel 5, lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven analysemethoden moeten toegepast worden

De juiste analysemethoden werden niet toegepast.

Analyse niet volgens VMC, zou ook niet geaccepteerd worden

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Dit is onder andere van toepassing wanneer de gebruikte alternatieve methode niet voldoet aan de eisen van artikel 5, vijfde lid.

regel C16

Vo 2073, artikel 5, lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

Voorgeschreven analysemethoden moeten toegepast worden

De juiste analysemethoden werden niet toegepast.

Analyse niet volgens VMC, maar zou wel geaccepteerd kunnen worden

geringe overtreding

D

geen risico voedselveiligheid

nalevingshulp

geen

Indien de analysemethode niet volgens de verordening is, maar bij aanvraag wel door de NVWA geaccepteerd zou worden. De betrouwbaarheid van de gegevens komt niet in het geding.

regel C17

Vo 2073, artikel 7, lid 2

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

microbiologische norm voedsel-veiligheidscriteria

Bij ontoereikende voedselveiligheidshygiënecriteria werden geen of ruim onvoldoende "juiste" maateregelen getroffen

De meeste maatregelen die genomen hadden moeten worden werden niet (op de juiste wijze) genomen.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

BR, uit de handel nemen, tracering product; openbare recall; nalevingshulp

herinspectie

Hierdoor is de voedselveiligheid in het geding. Eén van de maatregelen is het product uit de handel nemen conform artikel 19 van Vo 178/2002

regel C18

Vo 2073, artikel 7, lid 2

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

microbiologische norm voedsel-veiligheidscriteria

Bij ontoereikende voedselveiligheidshygiënecriteria werden niet de "juiste" maateregelen getroffen

Verschillende maatregelen werden niet (op de juiste wijze) genomen

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Mogelijk dat de voedselveiligheid in het geding is.

regel C19

Vo 2073, artikel 7, lid 4

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

microbiologische norm procescriteria

Bij ontoereikende proceshygiënecriteria werden geen of ruim onvoldoende "juiste" maatregelen getroffen

De meeste maatregelen die genomen hadden moeten worden werden niet (op de juiste wijze) genomen.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid

BR

herinspectie

Hierdoor geen verbetering in het proces.

regel C20

Vo 2073, artikel 7, lid 4

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

microbiologische norm procescriteria

Bij ontoereikende proceshygiënecriteria werden niet de juiste maatregelen getroffen.

Verschillende maatregelen werden niet (op de juiste wijze) genomen

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Hierdoor mogelijk geen verbetering in het proces.

regel C21

Vo 2073, artikel 9

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

trendanalyse

Het onderzoeken van trends in de testresultaten werd niet of onvoldoende uitgevoerd.

Hierdoor zou mogelijk een trend richting ontoereikend worden gemist.

overtreding

C

mogelijk risico voedselveiligheid

SW + nalevingshulp

herinspectie; SW bij eerste 2 herhalingen, BR bij derde herhaling

Door het niet of onvoldoende uitvoeren van de trends zou mogelijk een trend richting ontoereikend worden gemist.

regel C22

Vo 2073, artikel 9

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder e

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

trendanalyse

Het onderzoeken van trends in de testresultaten werd niet of onvoldoende uitgevoerd.

Dit heeft niet tot gevolg dat daardoor een trend richting ontoereikend zou worden gemist.

geringe overtreding

D

geen risico voedselveiligheid

nalevingshulp

geen

Het onvoldoende of niet uitvoeren van trends heeft niet tot gevolg dat een trend richting ontoereikend zou worden gemist.

 

ETIKETTERING; MERKEN

                 

regel C23

Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II, sectie 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

etikettering producten conform vereisten

Indien de etikettering niet conform de vereisten is, waardoor een onveilige situatie ontstaat voor de gebruiker; incidenteel dan wel structureel

incidenteel dan wel structureel: leveren direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor de volksgezondheid.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid, diergezondheid

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp

herinspectie z.s.m.;

Resulteert in mogelijke risicovolle situaties waarin producten bereid, behandeld, verwerkt en verkocht worden die gevaar opleveren voor de gebruiker; bijvoorbeeld het ontbreken van informatie over allergenen, dan wel het ontbreken van gebruiksvoorschriften waardoor de gebruiker het product niet veilig kan gebruiken. Zie voor levensmiddelen verdere uitwerking: IB01-SPEC06 interventiebeleid etikettering levensmiddelen

regel C23

Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II, sectie 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

etikettering producten conform vereisten

Indien de etikettering niet conform de vereisten is en er sprake is van ernstige misleiding (bewuste misleiding/fraude) ; misleidende claims incidenteel dan wel structureel

incidenteel dan wel structureel

ernstige overtreding

B

ernstige misleiding

corrigerende interventie, BR, nalevingshulp

herinspectie z.s.m.

Resulteert in mogelijke risicovolle situaties waarin producten bereid, behandeld, verwerkt en verkoscht worden die gevaar opleveren voor de gebruiker; bijvoorbeeld het ontbreken van informatie over allergenen, dan wel het ontbreken van gebruiksvoorschriften waardoor de gebruiker het product niet veilig kan gebruiken. Zie voor levensmiddelen verdere uitwerking: IB01-SPEC06 interventiebeleid etikettering levensmiddelen

regel C24

Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II, sectie 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van de mens of dier

Indien de etikettering niet conform de vereisten is, waardoor niet direct een onveilige situatie ontstaat of ernstige misleiding voor de gebruiker;

structureel, bij voorbeeld op meerdere punten

overtreding

C

risico voedselveiligheid, diergezondheid

SW, nalevingshulp

(optioneel) herinspectie; opnieuw SW dan wel BR, nalevingshulp

Structureel houdt in een grotere/hogere/ernstigere mate van voorkomen dan incidenteel. Zie voor levensmiddelen verdere uitwerking: IB01-SPEC06 interventiebeleid etikettering levensmiddelen

regel C25

Vo 853 art.3 lid 1; bijlage II, sectie 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

 

Exploitant producten van dierlijke oorsprong die valt onder bijlage III, sectie I t/m IV (vers vlees) van Vo 853

aspecten inzake risico voor gezondheid of veiligheid van de mens of dier

Indien de etikettering op kleine punten niet in orde is, maar er beslist geen sprake is van onveilige situatie en/of misleiding.

incidenteel

geringe overtreding

D

geen risico voedselveiligheid, diergezondheid

nalevingshulp

 

Incidenteel moet gezien worden in het licht van de beoordeelde feiten, omstandigheden en de perioden waarnaar gekeken wordt. Zie voor levensmiddelen verdere uitwerking: IB01-SPEC06 interventiebeleid etikettering levensmiddelen

regel C26

Vo 853 art. 3, lid 1 en bijlage II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

Erkend productiebedrijf (vers vlees)

identificatiemerk op product

Er is geen gezondheids- of identificatiemerk op het product aangebracht voordat het product de inrichting verliet. Komt structureel voor.

structureel karakater

ernstige overtreding

B

traceerbaarheid en voedselveiligheidsrisico

BR; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

aanvullende corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie

regel C27

Vo 853 art. 3, lid 1 en bijlage II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

Erkend productiebedrijf (vers vlees)

identificatiemerk op product

Er is geen gezondheids- of identificatiemerk op het product aangebracht voordat het product de inrichting verliet. Komt incidenteel voor (enkele verpakkingen niet voorzien van het identificatiemerk)

incidenteel karakter (enkele verpakkingen niet voorzien van het identificatiemerk)

overtreding

C

traceerbaarheid en voedselveiligheidsrisico

SW; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

 

MODULE D

SPECIFIEKE EISEN VLEESBEDRIJVEN (volgens Vo 853/2004, bijlage III sectie I t/m IV)

                 

ITEM

OP HACCP GEBASEERDE PROCEDURES (SLACHTHUIZEN)

                 

regel D1

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage II, sectie II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

aanleveren van gezonde dieren op het slachthuis.

de ondernemer heeft geen schriftelijke procedures ten aanzien van de identificatie, de herkomst en de toestand van het dier. Het betreft structurele tekortkomingen

Geen procedures beschikbaar en ook in de praktijk is het niet goed geregeld

ernstige overtreding

B

voedselveiligheid en diergezondheid en traceerbaarheid

BR; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

aanvullende corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie

regel D2

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage II, sectie II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen (pluimvee, varken, kalf en paard)

aanleveren van gezonde dieren op het slachthuis.

de ondernemer heeft geen schriftelijke procedures ten aanzien van de identificatie, de herkomst en de toestand van het dier. Het betreft incidentele tekortkomingen

Geen procedures beschikbaar, maar in de praktijk is het wel goed geregeld

overtreding

C

voedselveiligheid en diergezondheid en traceerbaarheid

SW; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

aanvullende corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie

ITEM

VOEDSEL KETEN INFORMATIE (VKI)

                 

regel D3

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage II, sectie III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

aanleveren van verplichte informatie op het slachthuis

slachthuisexploitanten beschikken niet 24 uur voordat de dieren op het slachthuis aankomen over de voedsel keten informatie (VKI), behalve de wettelijk aangegeven uitzonderingen.

structureel karakter

ernstige overtreding

B

voedselveiligheid en diergezondheid en traceerbaarheid

BR; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

aanvullende corrigerende interventie indien géén VKI beschikbaar is: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie. Zie voorschrift VKI.

regel D4

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage II, sectie III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

aanleveren van verplichte informatie op het slachthuis

slachthuisexploitanten beschikken niet 24 uur voordat de dieren op het slachthuis aankomen over de voedsel keten informatie (VKI), behalve de wettelijk aangegeven uitzonderingen.

incidenteel karakter

overtreding

C

voedselveiligheid en diergezondheid en traceerbaarheid

SW; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

aanvullende corrigerende interventie indien géén VKI beschikbaar is: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie. Zie voorschrift VKI.

regel D5

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage II, sectie III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

aanleveren van verplichte informatie op het slachthuis

exploitant laat dieren toe tot het terrein van het slachthuis zonder dat hij de relevante VKI heeft opgevraagd en ontvangen.

bij aantreffen.

ernstige overtreding

B

voedselveiligheid en diergezondheid en traceerbaarheid

BR; herstel indien mogelijk; indien geen herstel mogelijk: aanvullende corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

geen VKI: herstelmogelijkheid (24 uur), pluimvee wel slachten en vlees blokkeren; aanvullende corrigerende interventie vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie;

ITEM

IDENTIFICATIE en REGISTRATIE (I&R)

                 

regel D6

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie IV

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

traceerbaarheid van de dieren (identificatie)

naar het slachthuis verzonden dieren of partijen zijn niet zo geidentificeerd dat hun oorsprong kan worden getraceerd.

bij aantreffen

ernstige overtreding

B

voedselveiligheid

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

corrigerende interventie: zie voorschrift I&R.

ITEM

HYGIENISCH SLACHTEN en UITSNIJDEN.

                 

regel D7

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie I / II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

hygiënisch slachten

het bedwelmen, verbloeden, het villen of plukken vindt niet zodanig plaats dat verontreiniging van het vlees wordt voorkomen.

structureel karakter

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie

regel D8

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie I / II

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen.

hygiënisch slachten

het bedwelmen, verbloeden, het villen of plukken vindt niet zodanig plaats dat verontreiniging van het vlees wordt voorkomen.

incidenteel karakter

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie

regel D9

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie I, hfdst. IV

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuizen roodvlees.

hygiënisch slachten

karkassen waren zichtbaar verontreinigd met uitwerpselen; niet elke zichtbare verontreiniging werd onmiddellijk verwijderd door bijsnijden of door een andere behandeling met gelijkwaardig effect.

bij aantreffen.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

bij aantreffen fecale bezoedeling in de koelcel: actie gericht op keuring en slachthygiëne.

regel D10

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis.

hygiënisch werken

karkassen of slachtafval kwamen in aanraking met vloeren, wanden of werktafels.

structureel karakter

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m..

corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie. Beoordelen in samenhang met de HACCP procedure van het bedrijf.

regel D11

Vo 853, art. 3, lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis.

hygiënisch werken

karkassen of slachtafval komen in aanraking met vloeren, wanden of werktafels.

incidenteel karakter

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

corrigerende interventie: vernietigen, dan wel andere bestemming dan humane consumptie. Beoordelen in samenhang met de HACCP procedure van het bedrijf.

regel D12

Vo 853, art. 3, lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis/uitsnijderij

hygiënisch werken

slachterijen en uitsnijderijen beschikken niet over voorzieningen om gereedschappen te ontsmetten met heet water van ten minste 82 graden C of over een alternatief systeem met gelijkwaardig effect.

structureel karakater

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

regel D13

Vo 853, art. 3, lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis/uitsnijderij

hygiënisch werken

slachterijen en uitsnijderijen beschikken niet over voorzieningen om gereedschappen te ontsmetten met heet water van ten minste 82 graden C of over een alternatief systeem met gelijkwaardig effect.

incidenteel karakter

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

regel D14

Vo 853, art. 3, lid 1 en Bijlage III, sectie I

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis roodvlees.

hygiënisch werken

werden bij runderen / varkens en eenhoevigen de tonsillen niet op hygiënische wijze verwijderd en/of werden de niet voor menselijke consumptie geschikte delen niet zo spoedig mogelijk verwijderd.

structureel karakater

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

regel D15

Vo 853, art. 3, lid 1 en Bijlage III, sectie I

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

slachthuis roodvlees.

hygiënisch werken

werden bij runderen / varkens en eenhoevigen de tonsillen niet op hygiënische wijze verwijderd en/of werden de niet voor menselijke consumptie geschikte delen niet zo spoedig mogelijk verwijderd.

incidenteel karakter

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

ITEM

TEMPERATUUR EISEN

                 

regel D16

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie I

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

vervoer van roodvlees

temperatuur-eis

vlees heeft niet de juiste temperatuur bereikt voordat het wordt vervoerd.

4 °C of meer boven de wettelijk voorgeschreven maximum temperatuur, cq de temperatuur voor gedeeltelijk gekoeld vervoer.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

Let op: bij bedrijven die schriftelijk toestemming hebben voor gedeeltelijk gekoeld vervoer kunnen andere temperaturen gelden dan de wettelijke norm. Zie voor de toegestane temperatuur + de voorwaarden die toestemming. Als aan de voorwaarden voldaan wordt mag als wettelijke temperatuur uitgegaan worden van de temperatuur in de toestemming.

regel D17

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie I

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

vervoer van roodvlees

temperatuur-eis

vlees heeft niet de juiste temperatuur bereikt voordat het wordt vervoerd.

minder dan 4 °C boven de wettelijk voorgeschreven maximum temperatuur, cq de temperatuur voor gedeeltelijk gekoeld vervoer.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR nalevingshulp

Let op: bij bedrijven die schriftelijk toestemming hebben voor gedeeltelijk gekoeld vervoer kunnen andere temperaturen gelden dan de wettelijke norm. Zie voor de toegestane temperatuur + de voorwaarden die toestemming. Als aan de voorwaarden voldaan wordt mag als wettelijke temperatuur uitgegaan worden van de temperatuur in de toestemming.

regel D18

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

uitsnijden

hygiëne

het uitsnijden en het uitbenen van het vlees was niet zo georganiseerd dat voor uitsnijding bestemd vlees naar gelang van de behoefte in de uitsnijlokalen werd binnengebracht.

structureel karakter

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

regel D19

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

uitsnijden

hygiëne

het uitsnijden en het uitbenen van het vlees was niet zo georganiseerd dat voor uitsnijding bestemd vlees naar gelang van de behoefte in de uitsnijlokalen werd binnengebracht.

incidenteel karakter

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

corrigerende interventie: afhankelijk van de specifieke situatie. Ook beoordelen in samenhang met HACCP plan van het bedrijf.

ITEM

TRICHINEN

                 

regel D20

 

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder g [of Besluit dierlijke producten art. 2.4 onder 2 of 3]

4 [3]

slachthuizen roodvlees, wildbewerkingsinrichtingen.

verplichte monstername

Karkassen van gedomesticeerde varkens, paarden, wilde zwijnen en andere als huisdieren gehouden hoefdieren of in het wild levende diersoorten die gevoelig zijn voor Trichnella besmetting werden in het kader van de PM-keuring in slachthuizen of wildverwerkingsinrichtingen niet systematisch bemonsterd. Niet van elk karkas werden monsters genomen, die in een door de bevoegde aurotiteit aangewezen laboratorium met nader omschreven detectiemethoden op Trichinella werden onderzocht.

structureel of incidenteel

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

corrigerende interventie afhankelijk van geconstateerde afwijking ; Er moet in ieder geval herbemonstering plaatsvinden. zie ook het Trichinella voorschrift

regel D21

Vo 2075/2005 art. 4 lid 1

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder g [of Besluit dierlijke producten art. 2.4 onder 4]

4 [3]

slachthuizen roodvlees, wildbewerkingsinrichtingen.

inrichting niet voortijdig verlaten

De karkassen en delen daarvan, met uitzondering van de in artikel 2, lid 2, onder b, bedoelde, hebben de inrichting verlaten voordat de uitslag van het Trichinellaonderzoek negatief was. Ook andere voor menselijke of dierlijke consumptie bestemde delen van het dier die dwarsgestreept spierweelsel bevatten, hebben de inrichting verlaten voordat de uitslag van het Trichinella onderzoek negatief was

bij aantreffen

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid.

BR; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

corrigerende interventie afhankelijk van geconstateerde afwijking ; zie ook het Trichinella voorschrift

ITEM

VRIJ WILD

                 

regel D22

Vo 853 art. 3 lid 1 en Bijlage III, sectie IV

Reg. dierlijke producten art. 2.4, eerste lid onder d

3

wildbewerkings-inrichting

ter keuring aanbieden

vrij wild dat aan de wildbewerkinginrichting werd afgeleverd, werd niet met een verklaring van een gekwalificeerd persoon aangeboden.

bij aantreffen

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

Uitzondering: als er géén gekwalificeerd persoon beschikbaar is. Dan moeten de organen erbij aanwezig zijn en een beoordeling plaats vinden door NVWA dierenarts.

MODULE E

RECHTSTREEKSE LEVERING

                 

regel E1

Vo 853 art.1, lid 3, onder d.

Besluit dierlijke producten art. 2.2

3

Bedrijf zonder slachterkenning

 

Bij rechtstreekse levering van op bedrijf geslacht pluimvee / lagomorfen vindt verontreiniging plaats

Levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

 

regel E2

Vo 853 art.1, lid 3, onder d.

Besluit dierlijke producten art. 2.2

3

Bedrijf zonder slachterkenning

 

Bij rechtstreekse levering van op bedrijf geslacht pluimvee / lagomorfen vindt verontreiniging plaats

Levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

 

regel E3

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.3, lid 1

3

Jagers

 

Bij rechtstreekse levering van grof vrij wild wordt gehandeld in strijd met bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, onderdelen 1, 2, 4 en/of 5 van Vo 853

Levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

 

regel E4

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.3, lid 1

3

Jagers

 

Bij rechtstreekse levering van grof vrij wild wordt gehandeld in strijd met bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, onderdelen 1, 2, 4 en/of 5 van Vo 853

Levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

 

regel E5

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.3, lid 2

3

Jagers

 

Bij rechtstreekse levering van klein vrij wild wordt gehandeld in strijd met bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, onderdelen 1, 2 en/of 4 van Vo 853

Levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

 

regel E6

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.3, lid 2

3

Jagers

 

Bij rechtstreekse levering van klein vrij wild wordt gehandeld in strijd met bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, onderdelen 1, 2 en/of 4 van Vo 853

Levert mogelijk een onveilige situatie op met mogelijke gevolgen voor het product en/of consument.

overtreding

C

risico voedselveiligheid.

SW; corrigerende interventie; nalevingshulp.

herinspectie < 3 mnd; opnieuw SW, dan wel BR; nalevingshulp

 

regel E7

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.3, lid 3

3

Jagers

 

Geen onderzoek uitgevoerd (verklaring gekwalificeerd persoon) volgens bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II, onderdeel 2 en hoofdstuk III, onderdeel 1 van Vo 853

bij aantreffen

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

 

regel E8

Vo 853 art.1, lid 3, onder e.

Besluit dierlijke producten art. 2.4, lid 1

3

Jagers

 

Bij rechtstreekse levering van een wild zwijn: Geen Trichinenmonster genomen.

Levert direct aantoonbaar een onveilige situatie op met gevolgen voor het product en/of consument.

ernstige overtreding

B

risico voedselveiligheid (groot gevaar)

BR; corrigende interventie;. nalevingshulp.

herinspectie z.s.m.

 

Bijlage 2. overzicht EU-regelgeving, corresponderende Nederlandse regelgeving en sanctie PV of BR.

Overtreding

Ten laste legging NL wetgeving verbodsbepaling

van toepassing zijnde basis verbodsbepaling (alle basisbepalingen; welke van toepassing is, is afhankelijk van het geval)

PV of BR

Vo 178/2002

VWS: artikel 2, tiende lid Warenwetbesluit bereiding en behandeling van levensmiddelen

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder b Regeling dierlijke producten

VWS; artikelen 4, eerste lid, 5, eerste lid, onder a, en zesde lid, 6, onder a, 8, onder c, 12, 14, 16, tweede lid, en 22, eerste en tweede lid, van de Warenwet

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 852/2004

VWS: artikel 2, eerste lid Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder c Regeling dierlijke producten

VWS: artikelen 4, eerste en tweede lid, 5, 6, 8, eerste lid, 9, 11, 12, 13, onder a, 14 en 22, eerste lid Warenwet

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 853/2004

VWS: artikel 2, tweede lid Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder d Regeling dierlijke producten

VWS: artikelen 4, eerste en tweede lid, 5, 6, 8, eerste lid, 9, 11, 12, 13, onder a, 14 en 22, eerste lid Warenwet

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 1069/2009

EZ: artikel 3.3, eerste lid onder a Regeling dierlijke producten

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 142/2011

EZ: artikel 3.3, eerste lid onder b Regeling dierlijke producten

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 999/2001

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder a of artikel 3.3, eerste lid onder c Regeling dierlijke producten

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 2073/2005

VWS: artikel 2, derde lid Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder e Regeling dierlijke producten

VWS: artikelen 4, eerste en tweede lid, 5, 6, 8, eerste lid, 9, 11, 12, 13, onder a, 14 en 22, eerste lid Warenwet

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 2074/2005

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder f Regeling dierlijke producten

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

Vo 2075/2005

EZ: artikel 2.4, eerste lid onder g Regeling dierlijke producten

EZ: artikel 6.2, eerste lid Wet dieren

BR

  1. ‘Met grote regelmaat’: hieronder vallen alle slachthuizen en daarnaast die vleesbedrijven waar de NVWA tenminste 3 keer per week officiële controles uitvoert (= alle werkzaamheden, inclusief exportcertificering en afgifte geleidebiljetten) ^ [1]
  2. ‘Met grote regelmaat’: hieronder worden die bedrijven verstaan waar de VWA permanent toezicht uitoefen, ofwel tenminste 3 keer per week een bedrijf bezoekt voor officiële controles (alle werkzaamheden, inclusief exportcertificering) ^ [2]
Naar boven